7534 brengst (op melk omgerekend) van sommige melkproduc ten aanzienlijk boven en van andere producten, b.v. boter, ver beneden de 18 ct. zou liggen, terwijl het landelijke melk prijsgemiddelde niet beneden deze 18 ct. zou dalen en de Overheid dus niet zou behoeven in te grijpen. Gegeven de Overheidsgarantie in deze vorm, was het be drijfsleven van mening, dat enerzijds een te diepe prijsval van een of meerdere zuivelproducfen moest worden voor komen en dat anderzijds een vrije ontwikkeling der prijsvor ming van de verschillende zuivelproducten moest worden behouden, omdat daardoor de melkverwerking in de econo misch meest verantwoorde richting wordt gestuwd. Dit laatste is niet te bereiken bij een sterke egalisatie van de prijzen van de verschillende zuivelproducten, terwijl ter bereiking van het eerstgenoemde doel gelden nodig zijn. Zodoende kwam men tot de gedachte van een gelijke heffing op alle melk, terwijl de zo ontvangen gelden bestemd zijn om de prijzen te steunen van die zuivelproducten, welke slecht in de markt liggen. Zulks kan vooral geschieden door bepaalde hoeveelheden van deze producten uit de (Nederlandse) markt te nemen, waardoor de prijzen hiervan weer aantrekken. Met ingang van 19 Maart wordt op alle boerenmelk nu een heffing gelegd van j 1.05 per 100 kg. van 3.5°/o vetgehalte. Wanneer de prijzen van boter, kaas, enz. te ver dalen, kunnen deze producten worden ingeleverd bij het In- en Ver koopbureau voor Zuivel tegen prijzen, gebaseerd op een melkprijs, welke 0.2 ct. per kg. lager ligt dan de richtprijs van 18 ct. De inkomsten van het zuivelfonds zullen vooral ge bruikt worden tot dekking van eventuele verliezen, voort vloeiende uit de export van zuivel- en melkproducten (Enge land!) en voor het verlenen van toeslagen op consumptie- melk; dit laatste in verband met het feit, dat alleen de con- sumptiemelk nog aan maximumprijzen is gebonden. Op de melk liggen nu meerdere heffingen n.l.: 1) een heffing van 9 ct. per 100 kg. melk. De opbrengst hier van is bestemd voor financiering van de werkzaamheden van het Bedrijfschap voor Zuivel. 2/.., hiervan wordt besteed voor propaganda en bevordering van de afzet van zuivel producten;

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1950 | | pagina 8