7542
bijdrage niet gericht is op meerdere vergoeding van het
geleden vermogensverlies maar op een tegemoetkoming
naar aanleiding van de sinds 1940 sterk gestegen bouwkos
ten, is de bouwprijs van Mei 1940 als grondslag genomen.
Het verdient de aandacht dat deze aanvulling alleen verstrekt
wordt op verzoek van de belanghebbende.
Wij willen de bespreking van de bijdragen en verdere
tegemoetkomingen die de wet terzake van schade, geleden
aan gebouwd onroerend goed aan de oorlogsslachtoffers
toekent, besluiten met een opmerking over het begrip: her
bouw. De tegemoetkomingen in de vorm van een crediet
met uitgestelde bijdrage of van een aanvullende bijdrage
worden voor fofaal vernietigde panden slechts verleend in
geval van herbouw. Onder herbouw wordt verstaan de bouw
van een pand van gelijke aard en bestemd voor dezelfde
doeleinden als hef pand dat verloren ging. In de plaats van
een flatgebouw kan men dus geen winkelpand bouwen, of
in de plaats van een restaurant geen benzine-pompstation.
Dit zijn heel duidelijke verschillen, maar in de practijk zal het
dikwijls moeilijkheden opleveren wanneer men bepaalde
veranderingen gewenst acht en dan de vraag gesteld wordt
of het nieuw te stichten pand nog als herbouw van het ver
lorene kan worden aangemerkt. De Minister van Wederop
bouw en Volkshuisvesting heeft echter bij de behandeling
van het wetsontwerp in de Staten-Generaal toegezegd het
begrip herbouw niet star te zullen opvatten en ook de vraag
of hef nieuwe van dezelfde aard is met de nodige tegemoet
komendheid te zullen bezien.
Schade aan bedrijfsuitrusting.
Evenals bij beschadigde en verloren gegane panden is
ook de bijdrage voor het verlies van een bedrijfsuitrusting
vastgesteld op de waarde van het verloren gegane naar de
prijzen van 9 Mei 1940. Ook hiervoor is gebleken dat deze
bijdragen voor het merendeel der oorlogsslachtoffers volstrekt
onvoldoende waren om hen in staat te stellen tot een be
hoorlijke wederuitrusting van hun bedrijf te geraken. Dit bete
kent een ernstige handicap voor het economisch herstel van
ons land. Op grond van deze overweging opent de wet op de
eerste plaats de mogelijkheid dat de Overheid voor groepen