7460 Op de Balans per 31 December 1949 komt nu onder het hootd: „Toe te voegen aan de Belastingreserve" het ver schil tussen de berekening uitgevoerd volgens circulaire no. 2700 dd. Januari 1949 en het op deze Balans voorkomende saldo der rekening „belastingreserve". Is het saldo dezer re kening al voldoende, dan behoeft verder ten laste van 1949 niets voor belastingbetaling gereserveerd te worden. Hiermede hebben wij in het kort, de meest voorkomende moeilijkheden bij het balansopmaken behandeld. Mochten zich nog andere boekingsmoeilijkheden voordoen, waar voor zonder meer geen oplossing te vinden is, dan raden wij U aan deze aan de Centrale Bank voor te leggen. Het is van belang indien de Rekening en Balans over het afgelopen jaar zo spoedig mogelijk vastgesteld kan worden. Wij drin gen er dan ook in het bijzonder op aan om hier de meest mogelijke aandacht en zorg aan te willen besteden. Rekeningen van niet-ingezetenen. Een der moeilijkste vraagstukken, die het na-oorlogse Nederland op economisch gebied tot oplossing heeft te brengen, is wel het tekort aan deviezen, vooral tegenover de landen met „harde valuta" (dollar, Belgische franc, Zwit serse franc). Onze kapitaalreserve in het buitenland is nog slechts een klein deel van wat deze vóór 1940 betekende. En hoewel onze internationale betalingsbalans zich stilaan ontwikkelt naar het evenwichtspunt (tof welk herstel de land en tuinbouw ruimschoots het hare bijdragen), toch blijkt tel kens weer, dat wij noodzakelijke importen niet volledig kun nen financieren uit onze export. Uiteraard is het streven van de overheid erop gericht deze tekorten zo klein mogelijk te houden. Die taak is opgedra gen aan De Nederlandsche Bank N.V. Met inachtneming van de afgesloten betalings- en handelsaccoorden heeft deze een sluitend vergunningen- en controlesysteem ontworpen ter bescherming en verbetering van onze deviezenpositie (beschikkingsmacht over buitenlandse betalingsmiddelen). Een onderdeel van al deze maatregelen vormen ook de voor-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1950 | | pagina 26