60,—. 7452 600,overblijft. Van dit bedrag wordt hem nu krachtens de tweede inkorting slechts een tiende gedeelte toegekend. Hij ontvangt derhalve als aanvullende bijdrage slechts Voor de totaaluitkering is er een maximum. Aan bijdrage en aanvullende bijdrage fezamen wordt niet meer uitgekeerd dan 11.250,per schadegeval, welk bedrag vermeerderd wordt met een toeslag voor ten tijde van de toebrenging der schade inwonende gezinsleden, 300,voor gezinsleden beneden de zes jaar, J 500.voor de overigen buiten het gezinshoofd en diens echtgenote). Het recht op de aanvul lende bijdrage wordt alleen toegekend aan hen die eigenaar van hef huisraad waren ten tijde van het toebrengen van de schade; is de eigenaar intussen overleden, dan kunnen de erfgenamen geen rechten op de aanvullende bijdrage doen gelden. Wanneer deze bepaling echter tot onbillijkheid zou leiden voor erfgenamen die ten tijde van de schade met de overleden eigenaar in gezinsverband samenleefden, kan hef Commissariaat van Oorlogsschade bepalen dat de erfgena men de aanvullende bijdrage toch zullen ontvangen. Be draagt de aanvullende bijdrage volgens de regeling van de wet minder dan 50,dan wordt zij niet uitgekeerd. De aanvullende bijdrage wordt automatisch tot uitkering gebracht door bijschrijving op een huisraadschadeboekje bij de N.V. Middenstandsbank. Het bovenstaande zal U overtuigd hebben dat wij niet té veel zeiden toen wij deze wet ingewikkeld noemden. Van grote waarde is in dit verband het vierde lid van artikel 7 waarin wordt bepaald dat de instantie die de bijdrage vast stelt en dit geldt algemeen voor iedere bijdrage krachtens deze wet verplicht is de belanghebbende op diens ver zoek in te lichten omtrent de overwegingen en berekenin gen waarop de beslissing rust. Op deze wijze kan dus iedere oorlogsgetroffene zich zekerheid verschaffen of aan zijn rechten al of niet te kort wordt gedaan. Ook de mogelijk heid tot beroep is verbeterd. In tegenstelling met vroegere regelingen kent deze wet naast het beroep op de Minister ook nog de mogelijkheid van hoger beroep op een scheids gerecht, in welk scheidsgerecht geen ambtenaren mogen

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1950 | | pagina 18