7450
kend en aan de betrokkenen werden uitgekeerd ot te hunnen
name in het Grootboek der Wederopbouw werden bijge
schreven ondergaan geen verandering. De Wet biedt de ge
dupeerden echter hulp door boven de reeds verleende of
toegekende schadevergoeding en uitgaande van de vast
gestelde schade een tweede schadevergoeding toe te ken
nen. Deze kan naar gelang de aard van de schadegevallen
bestaan in een tweede bijdrage, aanvullende bijdrage ge
noemd, of in een crediet dat van Rijkswege wordt verstrekt.
De regeling van de huisraadschade vindt men in artikel 10
van de Wet en zij mag gelden als een voorbeeld voor de
ingewikkelde wijze waarop de wetgever zijn doel tracht te
bereiken. Dit doel is aan de gedupeerden een zodanige
vergoeding van huisraadschade te verzekeren, dat zij, die
voorheen een sobere inboedel bezaten, thans weer in staat
zullen zijn zich op overeenkomstige wijze te installeren,
terwijl zij die voorheen een meer kostbare inboedel rijk wa
ren in staat moeten zijn daarvoor weder een sobere inboe
del aan te schaffen. De bijdragen die zijn toegekend zijn alle
op de soberheid afgesteld, doordat voor de meer kostbare
stukken slechts een schadevergoeding is toegekend voor
een soortgelijk stuk in eenvoudige uitvoering. In de meeste
gevallen werd de schade-bijdrage vastgesteld naar een prijs
peil van een of meer jaren terug en bleek het voor de ge
dupeerden onmogelijk te zijn zich met hun toegekende bij
drage opnieuw te installeren, aangezien de prijzen zoveel
hoger lagen dan die waarop de taxatie der schade had plaats
gevonden.
In dit tekort aan schadevergoeding wil de wet nu voorzien
door een aanvullende bijdrage. Deze is in beginsel gelijk aan
de reeds toegekende bijdrage, wanneer die bijdrage is vast
gesteld in het jaar 1944 of later op basis van het prijsniveau
van 1942 of daérvoor, terwijl de aanvullende bijdrage de
helft van de reeds toegekende bijdrage zal bedragen, wan
neer die bijdrage is vastgesteld in het jaar 1944 ot later op
basis van het prijsniveau van 1943 of in het jaar 1943 op
basis van het jaar 1942 of voorafgaande jaren. In de overige,
hier niet nader opgesomde gevallen, wordt geen aanvullende
bijdrage verleend.