7396
dank werd gebracht voor hetgeen zij in het belang van de
aangesloten boerenleenbanken hebben gedaan.
Ook de hoogeerwaarde heer van der Marck, mede-op
richter van de Centrale Bank, heett niettegenstaande zijn zeer
hoge leeftijd niet nagelaten, om de algemene vergadering
toe te spreken. Hij verheugde zich er over, dat de band tus
sen Centrale en plaatselijke boerenleenbanken nog steeds
zo hecht en goed is, bracht hulde aan de velen, die uit Chris
telijke naastenliefde geheel belangeloos hun beste krachten
aan de landbouwcredieforganisatie hebben gegeven en nog
steeds geven. Vervolgens ging Mgr. van der Marck verder
als volgt:
Mijne heren! Ik heb thans nog een taak te vervullen. Mijn
heer Truyen, ruim 30 jaren geleden heb ik hef voorrecht ge
had, Uw vader wegens zijn grote verdiensten op velerlei ge
bied hef Commandeurskruis van de St. Gregoriusorde te over
handigen. De voetstappen van Uw vader hebt U goed ge
volgd. Ondanks Uwe drukke werkzaamheden, successievelijk
als rechter in de arrondissemenfs-rechtbank, als hoofdinspec
teur van hef onderwijs, als lid van de St. Radboudsfichfing,
die de zorg heett voor de R. K. Universiteit te Nijmegen,
hebt U nog tijd en lust gevonden, om van hef jaar 1902 af,
toen gij Uw vader opvolgde bij de Centrale Bank, in ver
schillende functies bij de bank werkzaam te zijn, als bestuurs
lid, rechtskundig adviseur en nu als president van de Raad
van Toezicht. Voor al die verdiensten heeft het Z. H. de Paus
op voordracht van de Bisschop van Roermond behaagd, U
te benoemen tof Commandeur in de Orde van de H. Grego-
rius met de plaque. Ik wens U geluk met deze hoge, maar
welverdiende onderscheiding voor al Uw belangeloos wer
ken. Moge U nog vele jaren deze onderscheiding dragen en
getuige zijn van de blijvende bloei onzer boerenleenbanken.
Hef woord was daarna aan de hoogedelgestrenge heer Ir.
C. Staf, Directeur-Generaal van de Landbouw. De heer Staf
sprak waardering en dank uit ook namens de Regering en
in het bijzonder namens de Minister van Landbouw, Visserij
en Voedselvoorziening, voor hetgeen de Centrale Bank in de
afgelopen 50 jaren heeft gedaan. Hij sloot daarbij tevens in
hef werk, dat door de plaatselijke boerenleenbanken in het