7394
liefde Koningin Juliana het is, nu en, Cod geve hef, vele,
vele jaren lang. (Applaus).
Laten wij de handen ineenslaan, opdat de drie landen, die
door der tijden nood zo dicht tot elkander werden gebracht,
weldra een sterke economische en culturele en sociale en de
fensieve eenheid vormen, bolwerk voor de vrede. (Applaus).
Hooggeachte Feesfvergadering! Ik ga eindigen. Maar ik
mag dat niet doen, zonder uit Uw en uit eigen naam dank en
hulde te hebben gebracht aan hen, die in deze moeilijke
tijden Uw Bank bestieren.
De Raad van Toezicht, onder leiding van Mr. Truyen, zoon
van Limburg's Boerenkoning, en na een korte spanne tijds,
zoals nu de Bank, zelf gouden jubilaris.
Hef Bestuur, aangevoerd door de heer Fleskens, die zijn
jubilea niet meer kan feilen en nog altijd een werkkracht ten
toon spreidt, die het ons moeilijk maakt te geloven, dat nog
slechts één lustrum hem van de leeftijd der zeer sterken
scheidt.
De zo bekwame directeuren, het driemanschap aan het roer
van de Centrale Bank. Ik weet niet, of ook tot dit eerste
triumviraat, zoals tot het eerste Romeinse, een Caesar be
hoort. Maar mocht het zo zijn, dan is het toch zeker geen
Caesar, die Pompejus zal afstoten en tegen wie Crassus zal
samenzweren. Integendeel, het devies van dit driemanschap
is hetzelfde als dat, wat België's wapen siert: Eendracht
maakt macht.
De inspecteurs, kundige voorlichters, altijd gereed staande
helpers van de leiders der plaatselijke Boerenleenbanken.
Die leiders zelf, van wier liefde en toewijding steeds meer
wordt verlangd.
En de leden niet minder, de 90000 leden van de 583 Boe-
reenleenbanken, die hun eigen bank sterk maken door hun
aansprakelijkheid, de Centrale sterk door hun trouw.
Onze Boerenleenbanken hebben uiteindelijk ten doel de
verhoging van het volksgeluk door versterking van de stand
der boeren, versterking dus van het boerengezin.
Dit wetend, zenden wij op deze feestdag vanzelf onze ge
dachten naar de vrouwen en moeders, Uw hulpen, mijne
Heren, en de vormsters en leermeesteressen van de boer