7391
Krijn uil Sfevensweerf,
Leyfe uit 's-Hertogenbosch,
van Lier uit Loon op Zand,
Litjens uit Afferden in Gelderland,
Martens uit Beers,
Meurs uit Klimmen,
van den Mortel uit Deurne,
Nijhof uit Liederholthuis,
Puts uit Horn,
de Schrijver uit Kapel in 'f Zand,
Smeets uit Maasbree,
Swagemakers uit Nieuw-Vosmeer,
Tijssen uit Wessem,
Ypelaar uit Baardwijk.
Zij allen zijn in het harnas gestorven. Mogen hun zielen
rusten bij God.
Toen we dan eindelijk de vrijheid hadden herkregen, bleek
eerst goed welk een onheil gedurende de oorlog in Neder
land was gesticht. Leeggeplunderde stallen, gerootde voor
raden, vernielde ot gestolen werktuigen, schepen, locomo
tieven, spoorwegen en auto's; verwoeste kerken en scholen,
woningen en fabrieken, bruggen en havenwerken. En te mid
den van de puinhopen zagen wij de rampzalige overblijfse
len van eenmaal zo fiere torens hun verminkte armen smekend
hemelwaarts heffen.
Naar officiële raming beloopt onze totale oorlogsschade,
berekend naar het prijspeil van 1939, niet minder dan 14%
milliard. De landbouw kreeg daarin ruimschoots zijn aandeel
te dragen. Meer dan 8000 boerenwoningen, een nog groter
aantal stallen waren verwoest en voor de tuinbouw was het
een zeer zware slag bijna twee millioen m2 glas te moeten
verliezen.
Op de door ondervoeding verarmde bodem was de laatste
jaren een ware roofbouw gepleegd en de opbrengst bleef
verre beneden de normale. Onze gedecimeerde veestapel
leverde in 1945 nog maar 40°/o van de gewone hoeveelheid
melk, de vleesproductie was nog dieper gedaald en hef ei
was in ons land, dat eens de grootste eiermijn van Europa
bezat, tot de zeldzaamheden gaan behoren.