7387 leren behoeft men zelfs geen boer te zijn. De boer, daf is de mens van vlees en bloed, die koning wil zijn op zijn erf, maar deemoedig de knie buigf voor God; die trouw is aan de zeden der vaderen, fier op zijn stand, gehecht aan de orde, gehoorzaam aan het gezag, naarstig in zijn werk en fel als. de zon, die zijn kop heeft gebruind. Dat is de boer. Landbou wer kan men worden, boer kan men alleen maar ztjn. Het werk bij onze boerenleenbanken is tegenwoordig heel wat moeilijker dan 't was bij het begin onzer eeuw. Hef zou de oude kassiers en bestuurders te machtig zijn geweest, maar de mannen van heden kunnen het aan. Gelukkig, want de Nederlandse landbouw zag zich de laatste jaren voor allerlei moeilijkheden geplaatst en het werk der boerenleenbanken, die moeten helpen om die moeilijkheden te overwinnen, werd steeds omvangrijker en meer ingewikkeld. Gelijk meestal geschiedt als een grote oorlog is geëindigd, volgde ook op die van 19141918 een tijd van opgang. Het- verkeer tussen de volkeren werd hersteld, handel en scheep vaart herleefden, de nijverheid kwam handen te kort om de uitgeputte voorraden aan te vullen. Geleidelijk werd de land bouw verlost uit het keurslijf van de zijn vrijheid belemmeren de bepalingen, de nodige grondstoffen konden weer worden aangevoerd, de veestapel werd op peil gebracht en de uit voer van de landbouwvoorfbrengselen werd opnieuw mo gelijk. Ai spoedig bleek evenwel, dal er van een blijvende verbetering geen sprake was en de mooie tijd van vóór 1914 werkelijk niet was teruggekeerd. Allerlei wisselvalligheden deden haar invloed gelden en grote moeilijkheden onder vonden wij van de daling der waarde van veel buitenlands geld, de toenemende concurrentie van Amerika en de mede dinging, die wij meer en meer ontmoetten op de Engelse markt. Erger nog werd het toen Duitsland in 1935 schier on overkomelijke invoerbelemmeringen in het leven riep. At waren ook andere landen, Engeland bijv., daar niet afkerig van, de maatregelen, die werden genomen in Duitsland, trof fen ons we! héél erg, daar dit land altijd zulk een belangrijk afzetgebied was geweest voor onze agrarische producten, vooral die van de tuinbouw. Toch was dit alles nog slechts, een voorspel van de geweldige crisis; die in 1929 werd ge--

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1949 | | pagina 29