7375 Ten slotte spreek ik nog een woord van grote erkentelijk heid tot Mgr. Van der Marck en oud-deken Souren, de enigen nog in leven zijnde oprichters van onze Centrale Bank. Ik kan werkelijk niet onder woorden brengen hoezeer het ons verheugt, dat wij deze beide veteranen van ons land- bouwcrediet vandaag in ons midden mogen zien. Zij hebben beiden de hitte en de last van de eerste moeilijke jaren ge dragen en in het U toegezonden gedenkboek zult U in bij zonderheden kunnen nagaan, hoezeer Mgr. van der Marck ook nog gedurende vele jaren na de oprichting met groot talent en met volledige toewijding voor de zaak van het landbouwcrediet steeds op de bres heeft gestaan om onze belangen te verdedigen en tegen aanvallen van binnen en van buiten te beschermen. Hef is mij een grote voldoening hun beiden op deze dag, voor hen zo vol van herinneringen, onze diepgevoelde dank en oprechte hulde te kunnen be tuigen. Mijne Herenl Wij zijn dan hier vandaag bijeen om het vijftig jarig bestaan onzer Coöperatieve Centrale Boerenleenbank feestelijk te herdenken. Deze feestelijkheden zijn intussen gisteren reeds ingezet door de opening der schitterende landbouwtentoonstelling, op wier terrein wij thans gastvrij heid genieten. Ik gevoel daarom op de eerste plaats de be hoefte om namens het Bestuur der Centrale Bank hier openlijk dank te betuigen aan allen, die tot het welslagen dezer ten toonstelling hebben medegewerkt, maar zeer in het bijzonder aan de Onder-Voorzitter van ons bestuur, Jhr. Mr. Smits van Oyen, die bereid is geweest het voorzitterschap der Stichting Landbouwtentoonstelling te aanvaarden en de grote last dier belangrijke taak te dragen en aan onze Directeur Mr. van Campen, Onder-Voorzifter der Stichting, die deze tentoon stelling als een kind van zijn aan initiatieven rijke geest meer dan elk ander heeft gekoesterd en verpleegd. Ik wil mij vandaag, Mijne Heren, niet begeven in enige be schouwing omtrent de oprichting van onze Centrale Bank nu vijftig jaar geleden, de Gouden Bank, waarvan de dichter in ons Gedenkboek terecht zegt: „Uit boerenleed en -nood werd zij geboren." Noch wil ik U schetsen, hoe zij in die vijftig jaren, nu eens geleidelijk, dan weer met sprongen, is

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1949 | | pagina 17