7163 jaarskasgeldleningen 1/4°/o leningen met een looptijd van 10 tot 15 jaar 2j/2°/o idem looptijd van 15 tot 20 jaar 2%°/o idem looptijd van 20 tot 30 jaar 3°/o idem looptijd langer dan 30 jaar 10 jaar 3°/o vervolgens 3^2°/» Uiteraard kan de rentestand niet uitsluitend met een circu laire vanwege de centrale overheid aan de lagere publiek rechtelijke lichamen worden gedicteerd; er moeten, wil een dergelijke regeling succes hebben, ook andere omstandig heden bestaan, die een dergelijke rentestand mogelijk maken. Voor wat betreft de huidige lage rentestand kan daarvoor worden gewezen op de betrekkelijke geldovervloed o.m. als gevolg van de tekorten op de overheidsbudgetten, die tot gevolg hebben, dat geblokkeerde gelden, die door de over heid voor financieringsdoeleinden worden besteed, in het vrije geldverkeer worden gebracht. Ten deze kan echter op een kentering worden gewezen; voor 1949 wordt een nage noeg sluifend overheidsbudget aangekondigd; de Marshall hulp heeft verder een geldverkrappende werking, doordat de door Amerika in dollars betaalde cadeaux in de vorm van invoer van allerhande voor ons bedrijfsleven nuttige artikelen, door de importeurs in guldens moeten worden betaald, die bij de Nederlandsche Bank op een geblokkeerde rekening terecht komen. Door deze en nog andere factoren, waarvoor wij o.m. nog kunnen wijzen op de sterk opgevoerde belasting druk, kan de geldovervloed in betrekkelijk korte tijd voor een geldschaarsfe plaats maken, die ongetwijfeld niet zal nalaten een opwaartse druk uit te oefenen op de rentestand. Noch tans menen wij, dat hiervan geen wonderen behoeven te worden verwacht en wellicht is hef ook uit algemeen maat schappelijk standpunt weinig verkieselijk, dat de rente te sterk zou gaan stijgen, alhoewel wij het bepaald noodzakelijk ach ten, dat de omlaag geschroefde kapitaalrente voor overheids- leningen van 3°/o, die op haar beurt de hypotheekrente om laag heeft geforceerd naar 3]/2°/o, zou plaats maken voor een rentevoet van tenminste 3j/2°/o voor overheidsfondsen met langere looptijd. Wij moeten echter ermede rekening houden, dat de spaarinstellingen het niet gemakkelijk zullen krijgen om bij een opwaartse beweging aan trek te komen. Zij wor-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1948 | | pagina 9