7160 Al aanstonds treft ons, dat de geblokkeerde gelden per 30 Juni 1948 nog altijd te boek staan met ruim 118 millioen tegen 191 millioen per 31 December 1947 (geblokkeerde spaarrekeningen en lopende rekeningen tezamen genomen). Al beeft een aanzienlijke daling plaats gevonden, toch blijft het totaalbedrag aan geblokkeerde gelden nog ruim hoog, hetgeen voor een deel daarmede samenhangt, dat de belas tingbetaling niet in zodanige mate met geblokkeerd geld plaats vindt, als men zou hebben kunnen verwachten. Uit de cijfers ziet men, dat een bedrag van ten naasfebij 50 millioen geblokkeerde gelden uit de rekeningen van de boerenleen banken zijn verdwenen, waarvan mag worden aangenomen, dat zij goeddeels voor belastingbetaling zijn besteed. Daar het totaalbedrag, dat door cliënten van onze boeren leenbanken in hef eerste halfjaar 1948 aan belastingen is be taald, heel wat hoger is geweest, dan uit de afvloeiing van geblokkeerd geld zou kunnen worden afgeleid, mag de con clusie worden getrokken, die geheel in overeenstemming is met de ontwikkeling bij andere bankinstellingen, dat heel waf belastingen met vrij geld worden voldaan, in verband waar mede de niet onaanzienlijke stijging van de vrije spaargelden met ruim 22 millioen nog meer betekenis krijgt. Bij de beoordeling van voormelde cijfers kan voorts nog in aanmerking worden genomen, dat de inschrijving op inves- forings- en beleggingscertificaten enerzijds en de verkoop van inschrijvingen Grootboek 1946 anderzijds, niet in betekenen de mate van invloed zijn geweest op de beschreven ontwik keling, alhoewel op zich zelf flinke bedragen daarmede ge moeid zijn geweest. Een ander cijfer, dat de aandacht trekt, betreft de toeneming van door onze boerenleenbanken uitgezette credieten en voorschotten. Alhoewel deze toeneming met 8 millioen in het eerste halfjaar van 1948 zeker niet onbetekenend is, heeft zij toch in hef geheel van de financiële situatie bij onze land- bouwcredieforganisafie geen doorslaggevende betekenis. In verband met de beperking van de credietgeving bij onze boerenleenbanken tot financieringsobjecfen in land- en tuin bouw voor beleggingsuifzettingen in de vorm van hypo thecaire voorschotten geldt zulks niet in dezelfde mate leiden wij hieruit af, dat investeringsmogelijkheden in de land bouw nog altijd betrekkelijk gering zijn, waarbij wij met name

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1948 | | pagina 6