7140
de acfiviteif van de Centrale Bank en van de Boerenleen
banken in het jaarverslag reeds een beschouwing is opge
nomen. Die beknoptheid zal mij te gemakkelijker vallen,
indien ik mij bij alle moeilijkheden, welke er nationaal en
internationaal zijn, mag beperken tot het ene veelzeggende
lichtpunt, dat allerwegen de handen worden ineengeslagen
om door meer en beter samenwerken met groter kans op
succes het streven naar een betere wereld kracht bij te zetten.
Op internationaal gebied kan worden gewezen op iendenzen
en vormen van samenwerking, zoals die tot uitdrukking ko
men in hef door ons zo hogelijk gewaardeerde streven naar
een Economische Unie met België, in een vijflandenpact, in
een zes-mogendhedenconferentie en last not least in de
Amerikaanse wijze, waarop hef jonge Amerika aan het oude
Europa zijn samenwerking aanbiedt. Maar niet alleen op inter
nationaal terrein, ook nationaal, ja zelfs in onze eigen wer
kingsfeer doen zich nieuwe samentrekkingsvormen voor, ten
aanzien waarvan ik hef vertrouwen durf uitspreken, dat zij
op korter termijn tot vruchtbaarder resultaten aanleiding zul
len geven, dan tof nog toe op internationaal terrein werden
bereikt.
En om bij ons zelf te beginnen, dan mag ik wijzen op de
voorgenomen samenwerking welke reeds door de Voorzitter
van de Raad van Toezicht is aangekondigd, met onze zuster
instelling te Utrecht in een gemeenschappelijk bankkantoor
te 's-Gravenhage, teneinde aldaar gezamenlijk de grotere
instellingen van de georganiseerde landbouw en semi- en
andere overheidsinstellingen, welke voor de landbouw werk
zaam zijn en als zodanig hef terrein der beide centrale banken
bestrijken, in het geld-, crediet- en betalingsverkeer van
dienst te zijn. Deze samenwerking geschiedt in hoger belang
en met volledig behoud van ieders zelfstandigheid, zowel
organisatorisch als functioneel. Het is opmerkelijk, dat deze
tot stand komt in een tijd, waarin de viering van het vijftig
jarig bestaan der beide Centrale Banken herinnerf aan de in
de nood der tijden geboren samenwerking der boeren, die
thans, nu de ongunst der tijden zich opnieuw doet gevoelen,
inspireert tot een samenwerking van de coöperaties, welke
zelf eertijds waren kinderen van de nood.
Daarnaast zien wij ook in onze landbouwcredietorganisafie
een samenwerking gericht op hulpverlening in het Onder-
