7103
Vertoonden de door de boerenleenbanken gedeponeerde
gelden derhalve een lichte daling, de post diverse crediteu
ren van de Centrale Bank, waarin zich het eigen bankbedrijf
weerspiegelt, steeg van 11.696.576 tot 17.233.228. Het
zelfde verschijnsel tekent zich ook af in de stijging der post
debiteuren van 17.537.078 per ultimo 1946 tot 24.036.524
per ultimo 1947.
In hef licht van de activiteit van boerenleenbanken en
Centrale Bank, zoals die uit voormelde cijfers blijkt, moeten
de cijfers der verlies- en winstrekening worden beoordeeld,
waarbij ter vergelijking die van het vorig jaar worden vermeld:
Baten:
1946
1947
Rente 1
.610.044
2.124.774
Provisiën
162.222
339.840
Andere baten
36.926
155.362
Totaal 1
.809.192
2.619.976
Lasten:
1946
1947
Onkosten
618.222
687.244
Storting Pensioenfonds
150.000
100.000
Storting Onderl. Waarborgfonds
5.000
5.000
Storting Steunfonds Boerenleenbanken
10.000
10.000
Reserve voor Belastingen
700.000
1.200.000
Reserve 50-jarig jubileum
100.000
Winst
325.969
517.731
1,
,809.191
2.619.975
Het meest sprekend in deze cijfers zijn ongetwijfeld de
voorzieningen, die zijn getroffen voor voldoening van ver
schuldigde belastingen. Het blijkt dus, dat de Centrale Bank
het goede voorbeeld der boerenleenbanken heeft kunnen
volgen, die in het algemeen reeds ten laste van het jaar 1946
de middelen hadden kunnen vinden voor de betaling van de
vermogensaanwasbelasting. De Centrale Bank heeft nu schoon
schip kunnen maken ten laste van 1947 door voor vermogens
aanwasbelasting uit de winst te reserveren de voorlopige
aanslag in de V.A.B. tot een bedrag van ten naastebij
600.000.Eerst evenwel moesten daarvoor over diezelfde
winst de verschuldigde ondernemings- en vennnootschaps-
belasfing worden gereserveerd, waaruit te verklaren is hef