7067
opbouw vordert. Hieruit kan worden afgeleid, dat bedragen,
die -geblokkeerd worden betaalbaar gesteld in eerste instan
tie bij de Herstelbank zullen terechtkomen en vervolgens
eerst na invulling van paperassen inzake besfedingsconfröle,
door tussenkomst van de boerenleenbanken zullen worden
uitbetaald. Hopelijk mogen wij rekenen op een eenvoudiger
uitbetalingsregeling dan thans geldt voor de bij de Herstel-
bank geblokkeerde molesfverzekeringspenningen. Vermeld
zij nog, dat reeds door de Rijksdienst Landbouwherstel be
taalde voorschotten op de hiervoor genoemde bedragen van
10.000,of 1.000,in mindering worden gebracht.
Bij de uitbetaling van bijdragen van schade aan onroerend
goed, doen zich bijzondere moeilijkheden voor in verband
met de rechten van hypotheekhouders, die wij wegens het
belang daarvan voor onze boerenleenbanken nog nader in
beschouwing zullen nemen.
In de meeste gevallen is herbouw slechts mogelijk door
voor de financiering gelden van derden aan te trekken. Als
dan is een regeling nodig voor de verhouding tussen oude
en nieuwe geldschieter, welke zeer ingewikkeld is en bijna
steeds tot moeilijkheden aanleiding kan geven. Met het
oog daarop is een bijzondere regeling getroffen daarop neer
komende, dat de eigenaar van een onroerend goed met alle
belanghebbenden (oude hypotheekhouder, nieuwe geldschie
ter, zakelijk gerechtigden enz.) tot overeenstemming moet
komen. Slaagt hij daarin niet, dan treft de Minister van We
deropbouw een regeling, waarbij o.m. nieuwe zakelijke rech
ten kunnen worden gevestigd en de rangorde der z.g. op-
bouwhypotheek (hypotheek voor het voor de opbouw nieuw
aangetrokken geld) wordt vastgesteld. Deze gaaf in het alge
meen boven de op de dag der rangschikking bestaande hy
potheken met dien verstande, dat deze laafsten hun rang
behouden voor de waarde van grond en restanten op de dag,
waarop de schade werd toegebracht plus een deel van de
bijdrage met een minimum van 50%.
Het blijft echter een vraag, of deze regeling in de praktijk
de oplossing der moeilijkheden zal kunnen geven. T.a.v.
nieuwe geldschieters zal toch wel de vrijheid gelaten moeten
worden wat betreft de beoordeling, of hij de nieuwbouw
wil financieren en daartoe zal hij in de regel slechts genegen
zijn, indien hem een redelijke plaats in de rangorde der hypo-
