7028
straalt, dat zij nu toch, zij het geleidelijk, van den rompslomp
in hun administratie van de geblokkeerde rekeningen gaan
verlost worden. Ondanks dat wij voorloopig nog een aan
tal nieuwe bijzondere rekeningen erbij krijgen, zooals de
optie-rekening, de beleggingsrekening, de herbeleggings-
rekening enz., begint het toch fe dagen, nu wij het meeren-
deel der geblokkeerde rekeningen, en wel die na belas
tingbetaling tot 500.zullen zijn gedaald, langs den weg
van optie- en beleggingsrekening binnen afzienbaren tijd
definitief kwijt raken. Omtrent 1 Juni 1949, den tijd, dat wij
aan de gouden feestviering der Centrale Bank gaan denken,
kunnen wij in ieder geval met de afwikkeling een flink eind
zijn gevorderd; aan het eind wacht derhalve een schoon
feest, en wie weet, is ook de Minister dan van de partij,
om de kassiers nog eens hartelijk te bedanken voor wat zij
met de vele werkzaamheden der geldsaneering in 's lands
belang hebben gepresteerd.
II.
Voor diegenen, die inmiddels hef spoor in de vele nieuwe
bepalingen alweer bijster dreigen te worden, vatten wij hier
onder de voornaamste voorschriften en bepalingen nog eens
samen:
1) Beschikking Deblokkeering 1945.
De afwikkeling van de geldzuivering welke thans een aanvang heeft
genomen bracht vooreerst de noodzakelijkheid mede de mogelijkheid,
dat steeds weer nieuwe geblokkerde tegoeden ontstonden, belangrijk
te beperken. Bovendien waren een aantal nieuwe bepalingen noodig
om de afwikkeling, zooals men zich deze had voorgesteld, ook wer
kelijk ten uitvoer te kunnen brengen zonder daarbij belemmerd te
worden door de bestaande deblokkeeringsvoorschriften. Het is om
deze reden, dat de Minister van Financiën, gebruik makende van de
hem bij de wet verleende machtiging, op de eerste plaats tot wijziging
van de Beschikking Deblokkeering 1945 is overgegaan.
De voornaamste inhoud van deze wijziging werd reeds bij circulaire
no. 254 uitvoerig ter kennis van onze plaatselijke Boerenleenbanken
gebracht. Wij kunnen ons dus ditmaal beperken tof de practische toe
passing daarvan en hei bespreken van een aantal vragen welke in ver
band hiermede reeds zijn gerezen.
Daar het streven van den Minister uiteraard op de eerste plaats er op
gericht is om de z.g. „oude" belastingen en de extra heffingen geind
te krijgen, is het duidelijk, dat aan liquidatie van de geblokkeerde" saldi
van eenige beteekenis niet kon worden gedacht voordat de betrokken
