MAANDELIJKSCHE
MEDEDEELINGEN
VAN DE COÖPERATIEVE CENTRALE
BOERENLEENBANK TE EINDHOVEN
No. 344
November/December 1947
AFWIKKELING DER GELDSANEERING.
Met een zevental beschikkingen heett de Minister van
Financiën het laatste bedrijf van de geldsaneering aange
kondigd. Nu wij ons nog in de pauze bevinden tusschen het
voorafgaande bedrijf en de slotakte, hebben wij den tijd
om kennis te nemen van de regelen, die de afwikkeling der
geldsaneering beheerschen en daarbij is ons gebleken, dat,
zooals het ook in een tooneelstuk gaat, maar alsdan beter
op zijn plaats is, ook voor de slotacte der geldsaneering
geldt, dat zelfs na aandachtige lezing van de voorschriften,
men nog maar nauwelijks weet waaraan men toe is, en dat
bij de opvoering van het slottafereel, waarin de kassiers on
zer boerenleenbanken geenszins een ondergeschikte rol
vervullen, nog heel wat verrassingen aan den dag zullen
treden en het dikwijls anders zal uitkomen, dan wij aanvan
kelijk hadden verwacht.
Wij hadden het ons indertijd zoo eenvoudig voorgesteld.
De door de bezetting ontwrichte geldcirculatie was veel te
groot tegenover de aanwezige goederenvoorraad en de be
staande productiemogelijkheden; daarom werd een deel van
de geldcirculatie door de blokkeering aan de ketting gelegd,
zoodat er rechtstreeks geen koopkracht meer met het geblok
keerde geld kon worden uitgeoefend. De ruwe werking van
het blokkeeringsmiddel, daarin bestaande, dat alle toeval
lige houders van bankbiljetten en van banksaldi erdoor
werden getroffen, werd algemeen aanvaard, omdaf hef in
flatiegevaar in den vorm van een ongezonde prijsstijging
als gevolg van een overdreven koopkracht in handen van
het publiek, zichtbaar er door werd verminderd. Als ver-