6969
van de rekening bedraagt, zoowel vóór als na de boeking.
M. d. V. Ik heb gemeend goed te doen op deze alge-
meene vergadering een korte schets te geven van de ver
jongingskuur die de inrichting der administratie van onze
bijna vijftig-jarige Centrale Bank geleidelijk in den loop van
dit jaar en het volgende jaar zal ondergaan, opdat daaruit
door de beheerders der plaatselijke banken nieuwe kracht en
moed zou kunnen worden gepuf om de oprijzende moeilijk
heden het hoofd te bieden. Zeer geleidelijk zullen die wij
zigingen worden ingevoerd, waarbij als een gelukkige om
standigheid kan gelden, dat wij de bestelde boekhoudma
chines toch niet voor het volgend jaar behoeven te verwach
ten. Daardoor hebben wij ruimschoots den tijd om zoowel het
eigen personeel als de kassiers bijtijds te instrueeren. Bij
mijn uiteenzettingen hoop ik U vooral te hebben duidelijk
gemaakt, dat wij beoogen het werk voor de boerenleen
banken zooveel mogelijk te vereenvoudigen, opdat zij zoo
goed mogelijk mee kunnen in den stroom der ontwikkeling,
waarin zij zijn opgenomen. Stilstaan is achteruitgaan; wij
moeten vooruit, willen wij voorkomen, dat andere instellin
gen ons van onze plaats zouden verdringen. Maar alleen
met behulp van de Centrale Bank kunnen de boerenleen
banken er niet komen, in alle nederigheid moet dit worden
erkend; welhaast vijftig jaren is ons boerenleenbankwerk
zichtbaar van Boven gezegend. Daarom zou ik, nu wij aan
het begin staan van de uitvoering eener administratieve re
organisatie, die onze boerenleenbanken voor de toekomst
paraat moet houden, U allen willen toewenschen:
Met Gods hulp: vooruit!
Bij de rondvraag werden enkele vragen gesteld, welke
vanaf de bestuurstafel werden beantwoord.
Tot slof werd nog het woord gevoerd door de heeren Fr.
Smits van Oyen namens den K.N.B.T.B., P. C. Elfferich na
mens den C.B.T.B. en J. Vanbeveren namens de Centrale Kas
voor Landbouwcrediet te Leuven.
Daarna sloot de Voorzitter de vergadering met den Chris-
ielijken groet.