6928 Gaat het eigendom van het onroerend goed door verkoop of anderszins in andere handen over, dan kan op voorstel van het Gemeentebestuur in overweging worden genomen ook de beschikking op naam van den nieuwen eigenaar te stellen. Deze overschrijving geschiedt dus niet automatisch doch alleen indien op een desbetreffend verzoek gunstig wordt beschikt. Het valt niet te ontkennen, dat deze onzeker heid bij een eventueele executie de waarde drukf .Voor den hypotheekhouder is dit dan ook niet zonder bezwaar. Het zelfde geldt ten aanzien van het voorschrift, dat het recht op de bijdrage automatisch vervalt indien zonder voorafgaande toestemming van den Minister van de goedgekeurde plan nen zou worden afgeweken of wijziging in de oorspronke lijke bestemming van de woning zou worden gebracht. Zooals hierboven reeds werd opgemerkt, moet de bou wer zelf de volledige bouwkosten betalen. Voor zoover hij daartoe over voldoende eigen middelen beschikt, ontmoet dit geen bezwaar. In vele gevallen zullen deze echter niet toereikend zijn, zoodat de bouwer bij derden zal moeten aankloppen om een voorschot of credief. Slaagt hij er niet in zich de ontbrekende gelden op de vrije markt te ver schaffen, dan kan hij bij de Gemeente om een voorschot aankloppen. Dit door de Gemeente te verstrekken voorschot zal echter in geen geval hooger mogen zijn dan 15% van de stichtingskosten (waaronder mede worden begrepen de kosten voor aankoop en bouwrijp maken van den grond), terwijl tot meerdere zekerheid van dit voorschot ten behoeve van de Gemeente tweede hypotheek zal moeten worden verleend op het betrokken onroerend goed. Voor zoover diens behoefte aan vreemde middelen door deze 15% niet worden gedekt, is dus de bouwer in staat het ontbrekende elders te leenen tegen eerste hypotheek, waardoor de kans van slagen in niet geringe mate wordt vergroof. De som van het door de Gemeente te verstrekken voorschot en van het bedrag, dat op de vrije markt wordt opgenomen zal echter nooit meer mogen bedragen dan 85% van de stichtings kosten. Wordt dus van bank of particulier een voorschot verkre gen ten bedrage van 75% der stichtingskosten, dan kan de door de Gemeente te verstrekken geldleening nog slechts

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1947 | | pagina 6