6914
waarvan de vernietigende werking overeenkomstig het door
den Minister beschreven plan wel niet anders zai zijn dan
bij besteding van het geblokkeerd voor betaling van ver-
mogensaanwasbelasting ot vermogensheffing. Als gevolg
hiervan zou men kunnen zeggen, kan de Minister nog heel
wat vermogensheffing missen. Wel staat daartegenover, dat
de bijzondere heffingen ook met staatspapieren zullen wor
den voldaan, als gevolg waarvan hef geblokkeerde geld
in zooverre intact blijft, maar van den anderen kant kan ook
worden opgemerkt, dat ook veel in hef Grootboek blijft,
dat niet voor belastingbetaling zal worden besteed, doch
als belegging zal worden aangehouden.
In den gedachtengang van den Minister zal dan nog wel
een zeker sluitstuk noodig blijven naast de vermogensaan-
wasbelasting, waarvoor in het voorloopig verslag verschillen
de andere middelen zijn aanbevolen dan die eener ver
mogensheffing. In hun werking ten aanzien van het privé-
bezit en hef bedrijfskapitaal verschillen deze staatspapieren
echter niet veel van een overigens sterk gemitigeerde ver
mogensheffing. Indien een zoodanig staatspapier immers
moet worden verkocht met disagio is men ook een gedeelte
van zijn bezit kwijt en tot verkoop moet worden overgegaan
om hef andere gedeelte als bedrijfskapitaal vrij te krijgen.
Indien in hef monetair saneeringsplan, waarop de Regeering
en de Staten Generaal zich hebben vastgelegd, tenslotte
naast de vermogensaanwasbelafling nog een. monetair sluit
stuk noodzakelijk is, dan zouden de verschillende opvat
tingen, èn van de „vele leden" in het Voorloopige verslag
èn wellicht ook die van den Minister, zich tenslotte kunnen
vereenigen op een sterk gereduceerd heffingspercentage,
dat naar onze meening een gemiddelde van 10% niet zou
mogen overschrijden.
Eerst dan zal wellicht ook Z.E. zich gerust kunnen gevoe
len, dat de in de M.v.T. gememoreerde klemmende bezwaren
tegen een hooger tarief, waarbij men zich wederom de com
binatie met de vermogensaanwasbelastinq voor oogen moet
stellen, niet aan den dag zullen treden. Slechts bij een veel
lager tarief, zullen, indien de vermogensheffing als monetair
sluitstuk onontkoombaar is, de bezwaren van het uitgebreid
vermogensbeheer van aan den staaf overgedraaen waarden,
van de onvermijdelijke ruwe werking, de toevallige werking