6780
reikt door de wijziging van het ontwerp als gevolg waarvan
voor de waardeering van de effecten de boerenleenbanken
alsmede de beide Centrale Banken met levensverzekerings
instellingen worden gelijkgesteld. Onvoldaan echter, omdat
wij in het bijzonder voor de plaatselijke boerenleenbanken
niet meer hebben kunnen bereiken; noch de gelijkstelling
met de spaarbanken, die in den rechtsvorm eener vereeni-
ging haar bedrijf uitoefenende niet aan de belasting zijn
onderworpen, kon worden bereikt; evenmin kon worden
verkregen, dat alsnog een aftrekpost werd toegestaan voor
schijnwinsten, die zich in den loop der oorlogsjaren onder
de vorderingen hebben geopenbaard. Een daartoe strekkend
amendement, dat door vele kamerleden van agrarischen
huize werd onderteekend, werd verworpen met 34 tegen
32 stemmen.
Zooals de stand van zaken voor de V. A. B. thans is,
zouden de boerenleenbanken over de toeneming harer
reserves tijdens de oorlogsjaren 50% belasting moeten be
talen. Een dergelijke heffing is o.i. in strijd met de bedrijfs-
politiek, die door de boerenleenbanken als de belang
rijkste spaarinstellingen van het platteland, moet worden
gevoerd. Wij hadden dan ook in ons request aan den
Minister in de eerste plaats voor de boerenleenbanken een
tegemoetkoming gevraagd.
Inmiddels is met de verwerping van het amendement de
kous nog niet af. Waf betreft de aftrekpost voor schijn
winsten heeft de Minister immers tenslotte te kennen ge
geven, dat hem een vastlegging daarvan in de wet onge-
wenscht voorkwam, doch dat hij wel in zooverre wilde
tegemoet komen aan de voorstemmers van hef amendement,
dat van geval tot geval „een zekere largesse" zou kunnen
worden betracht. De deur staat dus nog op een kier en
wij zullen andermaal trachten bij den Minister voor de
boerenleenbanken een meer bevredigende regeling te
bereiken.
Intusschen kan de landbouw over hef verloop van zaken
tevreden zijn:
art. 27 is zoodanig gewijzigd, dat de aflevering tijdens
den oorlog van de oogstproducfen aan de centrale afname-
apparaten zooals veilingen e.d., niet langer onder het straf-
tarief van 90% valt. Ook heeft de Minister een uit-
