6770 Alvorens op de in de Memorie van Antwoord voorge stelde wijzigingen dieper in te gaan, meenen zij erop te moeten wijzen, dat het Ontwerp geenszins rekening houdt met het bijzonder karakter der boerenleenbanken, zooals deze tot uitdrukking komt in hare doelstelling, welke uit sluitend gericht is op de bevordering van de landbouw belangen en niet op het behalen van winst. In Overeen stemming hiermede mag dan ook ingevolge de statutaire bepalingen het vermogen der boerenleenbanken ook na ontbinding niet ten goede komen aan de leden; uitbetaling aan winstgerechtigden vindt niet plaats. De boerenleenbanken zijn derhalve te beschouwen als sociale instellingen. Een van de belangrijkste middelen om tot het doel, bevordering der landbouwbelangen te ge raken, is het aankweeken van den spaarzin te plattelande; bijgevolge zijn de boerenleenbanken in overwegende mate werkzaam op het gebied van het spaarwezen. Hoewel de rechtsvorm der coöperatieve boerenleen banken een andere is, dan die van de meeste spaarbanken, staan zij daarmede in sociaal economisch opzicht en in het bijzonder wat hare tunctie als spaarbank betreft, gelijk. Het ware dan ook billijk, indien de boerenleenbanken in fiscaal opzicht op gelijke wijze zouden worden behandeld als de spaarbanken, temeer waar de organisatie der boeren leenbanken in feite de grootste spaarorganisatie in Neder- land is. Vrijwel alle instellingen, die het spaarbankbedrijf uit oefenen worden door de vermogensaanwasbelasfing on gemoeid gelaten, omdat haar rechtsvorm zoodanig is, dat zij niet vallen onder de in artikel 2, lid 1 letter b. van het ontwerp opgesomde lichamen. Een gelijkstelling daar-' mede van de boerenleenbank is niet alleen uit een oog punt van rechtsgelijkheid gewenscht, doch nog meer- noodzakelijk uit hoofde van het typische karakter der boerenleenbanken als coöperatieve instelling. Bij den aanvang van hare sociale werkzaamheden be schikken de boerenleenbanken immers practisch niet over een eigen vermogen, dat dienst kan doen als eerste stoot kussen tegen verliezen. Haar kapitaalbasis is alsdan gelegen in de onbeperkte aansprakelijkheid der leden. Kan daar mede aanvankelijk bij een bescheiden opzet worden vol-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1946 | | pagina 7