6753 vergoed, ware voorshands op de thans voor de verschil lende inleggers reeds vastgestelde bedragen te handha ven. Naar gelang de rentabiliteit van de boerenleenbank zulks toelaat, dan wel in verband met een mogelijke ver hooging van het saldo der rekening Dagdeposito van de boerenleenbanken bij de Centrale Bank, zou het maximum bedrag, waarover de hoogere rente wordt vergoed, kun nen worden opgevoerd. Hierbij ware in 't bijzonder te denken aan het belang om nieuwe spaarders aan te trek ken. Het ligt in de rede om een dergelijke verhooging aldus te doen verloopen, dat de maximum bedragen, waarover de hoogere rente wordt vergoed, eerst zooveel mogelijk voor alle inleggers worden gelijkgesteld; daar na zou geleidelijk de alsdan geldende algemeene contin- genteeringsgrens kunnen worden verhoogd. Een derge lijke wijziging der contingenteeringsgrens, welke aan de voorafgaande goedkeuring van de Centrale Bank is on derworpen, dient ten hoogste eens per jaar te geschieden. Zooals ook reeds in de circulaire van 29 December 1945 werd opgemerkt, behoeft over het jaar 1946 en volgende jaren voor de renteberekening tusschen geblokkeerde en vrije tegoeden geen onderscheid te worden gemaakt. Bij vele boerenleenbanken is het gebruikelijk bij de vast stelling van het rente-tarief en/of de contingenteerings grens een onderscheid te maken tusschen leden en nief- leden. Ook wordt in den regel voor vereenigingen in 't bijzonder de debet-rente iets hooger gesteld. Een der gelijk verschil in tarief kan door ons worden aanbevolen. Het kan gemakkelijk worden vastgesteld aan de hand van het hiervoorgenoemde algemeen tarief. Ook deze vast stelling is uiteraard aah de goedkeuring van de Centrale Bank onderworpen. Het hiervoor genoemde rente-tarief van 2H°/o voor depo sito met een jaar opzegging bij de boerenleenbanken geldt voor nieuwe als zoodanig te plaatsen gelden. In verband daarmede is de mogelijkheid geopend voor de aangesloten boerenleenbanken om deze gelden ook bij de Centrale Bank te plaatsen a deposito met een jaar op zegging, echter tot geen hoogere bedragen dan de boe renleenbanken zelf van haar inleggers met een jaar op-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1946 | | pagina 6