6623 Het is niet van belang ontbloot deze vraag hier te be antwoorden, temeer omdat de zaak niet op alle punten even eenvoudig is. Laten wij dus het bank- en postgiro- verkeer eens naast elkaar stellen. Vooreerst zij opgemerkt, dat lang niet iedereen, die bij de boerenleenbank een rekening heeft, ook over een postgirorekening beschikt. Heeft zoo iemand dus geld over te boeken of door overboeking te ontvangen, dan is het voor hem gemakkelijk en voordeelig van het bankgiro gebruik te maken. Het heeft geen zin een post girorekening te openen, indien men slechts af en toe cenige betalingen verricht of ontvangt. Ten tweede moet men op een postgirorekening steeds een tegoed aanhouden, terwijl men bij de bank een crediet in loopende rekening kan aanvragen, zoodat ten laste der bankrekening ook overboekingen kunnen wor den uitgevoerd, als het creditsaldo niet voldoende is en cle loopende rekening in een debetsaldo omslaat. Bij den postgirodienst is dus steeds sprake van een loopende rekening zonder crediet, terwijl bij de bank een loopen de rekening met crediet kan worden verkregen. Ten derde vergoedt de postgirodienst geen rente over het tegoed van den rekeninghouder, terwijl de boe renleenbank wèl een creditrente vergoedt, ja zelfs een behoorlijke creditrente vergoedt. De creditrente in loo pende rekening, welke de boerenleenbank vergoedt,, weegt meestal ruimschoots op tegen de omzetprovisie en de portokosten, welke deze bank bij afsluiting in rekening brengt. Indien dus een rekeninghouder bij de boerenleenbank gemiddeld een flink saldo aanhoudt, dan is het zeer zeker voor hem aantrekkelijker om van het bankgiroverkeer gebruik te maken dan de postgiro rekening te gebruiken. Ten vierde. Vele rekeninghouders hebben zoowel een bankrekening als een postgirorekening. De postgiro rekening wordt dan gebruikt voor de kleinere betalin gen, de bankrekening voor de grootere betalingen of de betalingen waardoor het creditsaldo in een debetsaldo verandert. Op de kleinere betalingen drukken nl. de

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1943 | | pagina 3