Vergelijken wij de Verlies- en Winstrekening van
1942 met die van het daaraan voorafgaande boekjaar,
dan verdienen enkele verschillen eenige toelichting. De
post „Onkosten" is met ca. 18.000,gestegen, hetgeen
voor rekening van de onderdeelen: belasting, inspectie-
en personeelkosten komt. Van het totale onkostencijfer
ad ruim Wi ton komt ongeveer 45% of ruim 2 ton op
rekening der diverse belastingen en verplichte contri-
butiën. De jaarlijksche storting in het Pensioenfonds
wordt op 25.000.voorgesteld (v. j. 20.000.—) daar
volgens een door een verzekeringswiskundige opge
maakte berekening de laatste jaren niet geheel voldoen
de in dit fonds is gestort. De provisie-baten zijn on
geveer gelijk gebleven aan die in 1941; de rentebaten
zijn tengevolge der grootere omzetten niet onbelangrijk
gestegen.
Zooals men weet is op de algemeene vergadering der
C.C.B. van 1942 besloten o.a. artikel 49 der statuten,
betrekking hebbende op de winstverdeeling, te wijzigen.
Door deze wijziging is de mogelijkheid geopend oin een
gedeelte der winst naar het volgend boekjaar over te
brengen. Van deze mogelijkheid wordt thans gebruik
gemaakt om 125.000.van de in het boekjaar 1942
gemaakte winst naar het boekjaar 1943 over te dragen.
De grond voor deze winstoverdracht is hierin gelegen,
dat het niet mogelijk is de belastingen, die op het boek
jaar 1943 zullen komen te drukken en op het boekjaar
1942 betrekking hebben juist te begrooten, daar de hef
fingspercentages onverhoopt wijziging zouden kunnen
ondergaan. Bij tegenvallende bedrijfsresultaten over het
boekjaar 1943 zou dus de mogelijkheid kunnen bestaan,
dat na betaling der belastingen een zeer geringe jaar
winst overblijft. Het transport van 125.000,uit de
jaarwinst 1942 naar het boekjaar 1943 is dus bedoeld
ter stabilisatie der winstverhoudingen. Opgemerkt zij,
dat ten laste van het boekjaar 1942 de volledige ven-
nootschaps- en vermogensbelasting 1941 zijn gebracht
zoomede de ondernemings- en vermogensbelasting 1942.
De verdeeling der jaarwinst 1942 wordt dan als volgt:
6576