6553
spaarboekje een speciale kwitantie worden getee-
kend, welke bij de Centrale Bank verkrijgbaar is. De
betrokken rekeninghouder kan vervolgens de gelden
wederom opnieuw inleggen, waarna hem een nieuw loo-
pende rekeningboekje wordt ter hand gesteld. Een en
ander behoort over het dagboek te loopen. Een dupli
caat-boekje komt er niet bij te pas. De wijze van be
handeling is dus als bij een verloren spaarboekje.
Wij nemen hierbij aan, dat het een alleszins ver
trouwd persoon betreft, want in het andere geval moet
men voorzichtig zijn en met de Centrale Bank voeling
houden.
Circulaire no. 170 dd. 22 December 1942 in
zake Loonbelasting.
In circulaire no. 170 d.d. 22 December 1942 werden door de Cen
trale Bank de noodige inlichtingen verstrekt met betrekking tot de
wijzigingen in het Besluit op de Loonbelasting 1940. Deze circulaire
luidt als volgt:
Bij besluit van den Secretaris-Generaal van het Departement van
Financiën d.d. 30 October 1942, hetwelk in werking is getreden op
21 November 1.1., is het Besluit op de Loonbelasting 1940 op ver
schillende punten gewijzigd. De voornaamste wijziging is deze, dat
in het vervolg voor iederen werknemer, ongeacht het door hem
genoten weekloon of salaris, een Iconbelastingkaart moet worden
aangelegd. Alleen voor hen, die uitsluitend huiselijke diensten ver
richten en een loon (in geld en in natura) genieten van niet meer
dan 48.10 per maand, is nog slechts uitzondering gemaakt.
Voortaan zullen dus alle boerenleenbanken voor den kassier een
loonbelastingkaart moeten aanleggen. De gegevens voor de invulling
van deze kaart worden ontleend aan de werknemersverklaring,
welke de boerenleenbank aan den kassier ter hand stelt en uiterlijk
31 December ingevuld en geteekend bij den directeur dient te wor
den ingeleverd. Op de daarvoor bestemde plaats van werknemers
verklaring en loonbelastingkaart worden vervolgens door de boeren
leenbank vermeld tot welke groep belastingplichtigen de kassier
behoort en voor hoeveel kinderen aftrek door hem wordt genoten,
waarna nog vóór 15 Januari de werknemersverklaring naar den
Inspecteur der Belastingen moet worden opgestuurd. De loonbelas
tingkaart zelf blijft echter ten kantore der bank tot Januari van het
volgende kalenderjaar, waarna ook zij, volledig bijgewerkt, naar den
Inspecteur dient te worden verzonden. Dit geldt eveneens wanneer
de kassier in den loop van het kalenderjaar zijn functie zou beëin
digen. In dat geval mag dus niet meer zooals voorheen de loonbe
lastingkaart aan den kassier worden ter hand gesteld. Voor een