6558
op die goederen, indien de benadeelde daardoor
wordt verhinderd de middelen voor zijn levenson
derhoud te verwerven.
Als zoodanig kan worden aangemerkt de schade,
welke wordt geleden door een landbouwer die een
gedeelte van zijn bouwgrond moet afstaan zonder
in de gelegenheid te zijn de inkomsten, welke hij
zoodoende derft, door andere te vervangen of door
een zakenman, die zijn winkelhuis heeft te ontrui
men. Deze schade wordt vergoed door het, indien
mogelijk, ter beschikking stellen van den benadeel
de van andere voor de uitoefening van zijn bedrijf
of beroep geschikte goederen of localiteiten, dan wel
van de daartoe noodzakelijke middelen. Blijkt dat
niet mogelijk en kan van den benadeelde bilb'iker-
wijze ook niet worden verlangd, dat hij de middelen
voor zijn levensonderhoud geheel of gedeeltelijk op
andere wijze verwerft, dan wordt hem bij wijze van
schadevergoeding verstrekt een geldelijke uitkeering
voor levensonderhoud, waarbij tevens rekening
wordt gehouden met de vaste lasten op het bedrijf
rustende;
3. de onvermijdelijke uitgaven, welke men als gevolg
van een ontruiming heeft te maken zooals reis- en
verhuiskosten, kosten van opslag en andere. Ook
voor deze uitgaven wordt een passende vergoeding
toegekend.
Onteigeningen in verband met evacuatie.
Een van de wijzen waarop z.g. bezettingsschade voor
zoover het goederen betreft, kan worden afgewikkeld,
is algeheele onteigening van die goederen ten name van
het Rijk. Bij het artikel, dat aan de afwikkeling van de
bezettingsschaden in het algemeen gewijd is, werd reeds
terloops de aandacht op deze onteigening gevestigd met
toezegging, dat hierop vanwege het groote belang uit
voeriger zou worden ingegaan. Het staat n.1. vast, dat