6533 zekere contingenteering doorvoeren. Onder contingen- teering verstaan wij een regeling, waarbij over een ge deelte van hun saldo aan bepaalde inleggers (spaar ders-, deposito- of loopende rekeninghouders) een la gere creditrente wordt vergoed dan in het onder 1 bedoelde algemeene rentetarief is voorzien. Zoo kan bijvoorbeeld een boerenleenbank, welker spaarrente volgens haar algemeen rentetarief 2.70% is, besluiten, om aan een bepaalde groep van spaarders boven 7000.inplaats van 2.70% slechts 2% creditrente te vergoeden. In dit geval is het spaartegoed dus in twee contingenten verdeeld. Vele boerenleenbanken hebben, in verband met den grooten toevloed van middelen, reeds een contingen teering ingevoerd. Het valt buiten het bestek dezer circulaire om uit gewerkte voorbeelden van contingenteeringsregelingen te geven. Het zal den boerenleenbanken echter niet moeilijk vallen ieder voor zich een contingenteering te ontwerpen, indien zij met de volgende algemeene richtlijnen rekening houden: a) Men houde voor oogen, dat het eigenlijke doel der contingenteering niet is inlagen op spaar- deposito- of in loopende rekening af te stooten of te weigeren. Het doel der contingenteering is te voorkomen, dat over saldo's, die naar haar aard geen normale middelen zijn, het algemeen rentetarief wordt toegepast. Het al gemeen rentetarief is immers in de eerste plaats be doeld voor normale inlagen. Onder normale inlagen verstaan wij hier allereerst de eigenlijke, gedurige spaarmiddelen en daarnaast de gewone tegoeden in loopende rekening van leden. b) Daarnaast is een contingenteering noodzakelijk om de winst eener boerenleenbank op een behoorlijk peil te houden. Niet alleen vergoedt de Centrale Bank aan de boerenleenbank over het bedrag van het Rente korting-Contingent een belangrijk lagere rente doch daarnaast loopen de uitleeningen der boerenleenban ken terug, zoodat de boerenleenbanken veelal ook uit

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1942 | | pagina 9