6527 Wij achten het redelijk, dat deze algemeene leeftijd grens van 65 jaar niet wordt ingevoerd zonder dat een overgangsregeling wordt vastgesteld voor de kassiers, die thans 60 jaar of ouder zijn. Voor na 31 December 1942 ingaande herbenoemingen van kassiers, die thans den leeftijd van 60 jaar reeds hebben bereikt, geldt daarom deze algemeene leeftijdgrens van 65 jaar nog niet; voor zulk een kassier mag evenwel geen ambts periode langer duren dan tot het einde der maand, waarin hij 70 jaar is geworden. Wij vertrouwen, dat alle boerenleenbanken en ook de H.H. Kassiers zullen inzien, dat bovengenoemde rege ling niet voortvloeit uit gebrek aan waardeering voor hetgeen de oudere kassiers voor hun boerenleenbank presteeren of gepresteerd hebben, doch dat deze rege ling slechts wordt gebaseerd op het algemeen belang der boerenleenbanken. Credietgenietende vereenigingen. In den laatsten tijd hebben wij in de „Mededeelingen'' herhaaldelijk in verschillende artikelen naar voren ge bracht, dat de aangesloten boerenleenbanken er voor hebben te zorgen, dat zij hare leden en rekeninghouders zooveel mogelijk van dienst zijn. Dit geldt niet alleen ten aanzien van particulieren doch speciaal ook ten aan zien van vereenigingen, die met de bank in rekening staan. Wij noemen o.a. Zuivelfabrieken, Aan- en Ver- koopvereenigingen, Veilingen enz. Indien een vereeniging een voorschot of crediet ge niet, dan wordt in de bestaande formulieren de eisch gesteld „al hare geldzaken te doen met de boerenleen bank of met de Coöp. Centrale Boerenleenbank te Eindhoven, ter keuze van laatstgenoemde, tenzij deze geheele of gedeeltelijke vrijstelling mocht verleenen". Door het teekenen van de voorschot- of credietakte hebben dus deze vereenigingen de verplichting op zich

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1942 | | pagina 3