een of meer ondernemingen of publiekrechtelijke licha men, niet meer bedraagt dan 3.000,per jaar. Het gezamenlijke inkomen, door hem genoten in een of meer ondernemingen en publiekrechtelijke lichamen mag dus het bedrag van 3.000,niet te boven gaan. De beantwoording van een desbetreffende, ons inder tijd gestelde vraag, welke werd overgenomen in de Me- dedeelingen van December 1941 bldz. 6410 en luidende: „Mijn inkomen als kassier tevens onderwijzer is grooter dan 3.000,Val ik nu toch onder het Zieken- fondsbesluit?'' is zoodoende niet juist meer, daar sedert het in werking treden van bovenbedoelde wijziging der Ziektewet de vragensteller, als genietende in dienst van een onderneming en een publiekrechtelijk lichaam (in casu de Staat) een gezamenlijk inkomen van meer dan 3.000,'s jaars, ingevolge Ziektewet en Ziekenfonds- besluit niet langer meer verzekerd is. Ziekenfondsenbesluit. Daar ons nog al eens de vraag gesteld wordt, wat er n^ verbruik van de coupons moet gebeuren met het schutblad van het couponboekje, hetwelk in verband met het ziekenfondsenbesluit in gebruik is, meenen wij goed te doen langs dezen weg het antwoord ter kennis van de boerenleenbanken te brengen. Het schutblad van het oude couponboekje behoort te worden opgezonden aan het uitvoeringsorgaan van de wettelijke ziekteverzekering. Dit is de Boeren- en Tuin ders Onderlinge of de Raad van Arbeid. Men zie hier voor de betaalde kwitanties nl. de premie-berekeningen; daarop staat vermeld of deze afkomstig zijn van de Boeren- en Tuinders Onderlinge dan wel van den Raad van Arbeid. Uit genoemde premie-berekening (kwitantie) blijkt, dat de waarde van het schutblad t.z.t. in mindering van de te betalen premie wordt gebracht. Is een couponboekje geheel verbruikt, dan zal op het postkantoor een nieuw boekje moeten gekocht worden. 6516

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1942 | | pagina 4