6490
voor een deel van haar extra beschikbare middelen in
eigen kring een soliede en verantwoorde belegging
zoekt. Hierdoor worden drie dingen bereikt:
1. de boerenleenbank houdt haar eigen rentabiliteit
en dus ook haar eigen reservevorming beter op peil;
2. de boerenleenbank verbreedt haar eigen basis en
heeft gelegenheid om nieuwe leden aan te werven;
3. de boerenleenbank vergemakkelijkt de Centrale
Bank haar taak, want de Centrale Bank heeft zooals ge
zegd veel moeite om de vele haar toestroomende mid
delen op veilige en verantwoorde wijze te beleggen. Het
feit, dat in de periode van 1 Januari tot 1 Juli 1942 bij
de Centrale Bank ruim 20 miliioen meer aan beschikbare
middelen van boerenleenbanken is ingelegd dan uitbe
taald, spreekt in dit opzicht boekdeelen.
Het bovenstaande wil geenszins zeggen, dat wij de
boerenleenbanken tot onberaden of overijlde uitzettin
gen van gelden willen aanzetten; het tegendeel is waar.
Waar na den oorlog, wanneer op de bedrijven weer de
inventarissen worden aangevuld en uitgebreid, met een
groote geld- en credietvraag moet worden rekening ge
houden zou het onverantwoord zijn op onberaden wijze
beleggingen te zoeken zonder met de regelen van voor
zichtigheid, soliditeit en likwiditeit rekening te houden.
Voor alles dus gematigdheid en voorzichtigheid zij hei
parool!
Hiernaast staat echter, dat er in de kringen der plaat
selijke boerenleenbank tal van beleggingsmogelijkheden
aanwezig zijn, welke beleggingsmogelijkheden buiten
den gezichtskring der Centrale Bank liggen. Vele boe
renleenbanken onderhouden reeds jarenlang een voor
haar voordeelige relatie met haar gemeente, met een
waterschap of een polder. Laten ook de andere boeren
leenbanken eens nagaan, of zij op dit gebied geen nut
tig werk kunnen doen. Dergelijke voorschotten en cre-
dieten aan de eigen dorpsgemeente, het waterschap of
den polder behooren toch typisch tot het terrein eener
boerenleenbank.
Meermalen zien wij nog, dat een coöperatieve maal
derij, een veiling, een melkfabriek, een onderlinge ver-
