6346 cipe lid van de boerenleenbank te zijn; hetzelfde geldt voor anderen, die door hun persoon of draagkracht een steun voor de bank kunnen zijn of waarvan het om andere redenen wenschelijk is, dat zij als lid toe treden. Bij dit alles zij men er op attent, dat de boe renleenbank inderdaad in hoofdzaak een agrarische in stelling moet blijven". Het is vooral in dezen tijd van inkrimping der be drijven, die ook een inkrimping der credietvraag ten gevolge heeft, van belang dat de beheerders en kassiers op de stabiliteit en den gezonden uitbouw hunner boe renleenbank attent zijn. Het spreekt vanzelf dat van een ongezonde expansiezucht geen sprake mag zijn, doch dat anderzijds een gezond streven naar goede „service"-verleening aan de plattelandsbevolking aan beveling verdient. Het vreemde woord „service" is langzamerhand in ons vaderland sterk ingeburgerd, vooral toen overal langs de wegen de tank- en reparatiestations van be kende petroleummaatschappijen werden opgericht, al waar ieder automobielrijder die olie of benzine moest bijvullen of reparaties had te verrichten gemakkelijk terecht kon. Vaak kon hij tevens een kop koffie of een andere verfrisschende drank krijgen, opdat het wach ten niet te lang zou schijnen. Een goed Nederlandsch woord voor „service" is ons niet bekend; letterlijk be- teekent het „dienst", doch beter kunnen wij van „dienstvaardigheid" spreken. Wij hopen, voortbouwend op de door den voorzitter van het bestuur ter algemeene vergadering van onze Centrale Bank gesproken woorden betreffende de ac tiviteit der boerenleenbanken geleidelijk aan in de „Mededeelingen" een aantal punten te behandelen, die van belang zijn voor een goede uitgroei en ontwikke ling onzer boerenleenbanken, welker diensten voor de landelijke bevolking zoo onmisbaar zijn. Want wat een goed „service-station" was voor het auto-verkeer, dat is een boerenleenbank voor het geld- en crediet-verkeer in haar werkgebied.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1941 | | pagina 2