6090 6.900.000.minder van Boerenleenbanken beschik baar is dan bij het begin van het dienstjaar. Door aangesloten Boerenleenbanken was bij de Cen trale Boerenleenbank belegd: Deposito met 1 jaar op zegging 26.994.270.— 26.945.970.— Deposito met 6 maan den opzegging 313.900.j 328.900. Rekening Courant 53.032.521.50 45.972.951.58 80.340.691.50 73.247.821.58 Een verschil dus van: 31 December 1938 j 80.340.691.50 31 December 1939 73.247.821.58 afname 7.092.869.92 Door de Centrale Boerenleenbank was aan de aange sloten Boerenleenbanken als voorschot verstrekt: op 31 December 1938 J 1.936.892.45 op 31 December 1939 1.752.689.42 7 184.203.03 Einde 1939 was er dus: minder ingelegd 7.092.869.92 minder aan voorschotten gegeven 184.203.03 In totaal een verschil van 6.908.666.89 Uit dit verloop blijkt duidelijk hoezeer onze organi satie op een behoorlijke verzorging harer liquiditeit attent moet blijven en dat de Centrale Bank terecht in de jaren 1937 en 1938 er steeds op heeft gewezen, dat de groote toevloeiing van gelden niet kon blijven aanhouden en wel eens in een tijdelijke afvloeiing kon veranderen. Voor het toekomstige middelenverloop zal van groote beteekenis zijn de gang van zaken in het boeren- en tuindersbedrijf zoomede de ontwikke ling van het algemeene prijsniveau. Een groote voor zichtigheid bij het uitleenen van gelden blijft voor alle Boerenleenbanken een eisch van goed beleid, terwijl de 31 Dec. 1938 31 Dec. 1939

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1940 | | pagina 2