6083 De toeneming van het saldotegoed van 1937 op 1938 is voor een belangrijk deel toe te schrijven aan de stij ging bij de Rijkspostspaarbank met 76.millioen. Bij de bijzondere spaarbanken en bij de Boerenleen banken is deze stijging niet zoo hoog. Het bureau voor de statistiek is van meening dat deze uiteenloopende ontwikkeling het gevolg kan zijn van het handhaven van de rentevergoeding door de R. P. S. (Rijkspostspaarbank) op het in verhouding tot den algemeenen rentestand hooge niveau van 2.64%. Hierdoor is de stroom van oneigelijke spaar gelden naar de R. P. S. nog niet tot staan gekomen. Daarentegen hebben de bijzondere Spaarbanken en de Boerenleenbanken maatregelen genomen om den toevloed van deze eigenlijke spaargelden te keeren, omdat zulke spaargelden, die maar voor een korten tijd worden belegd, niet bij deze Banken thuisbehooren, maar bij de deposito-banken, die slechts een zeer ge ringe rente vergoeden. Hier wordt weeropi op het euvel gewezen dat de R. P. S. die in het spaarbankwezen slechts eene aan vullende plaat.s diende in te nemen, door hare rente- politiek aan het gewone spaarbankwezen concurrentie aandoet. SPAARGELDEN IN NEDERLAND. ">aldo einde v. h. boekjaar Aantal inleggers 1937 1938 1937 1938 X 1000 X 1000 Rijkspostspaarbank Bijzondere spaarbanken Boerenleenbanken Spaar- en voorschotbanken Personeelsspaarbanken Andere instellingen Overige spaargelden 602.568 678.778 2.306.123 2.361.612 554.861 562.440 1.308.855 1.341.914 470.827 480.190 554.773 577.529 13.476 13.880 31.393 3.417 2.473 4 3.947 51.723 47.817 J 4 72.006 1.535 1.565 i I 2.219 Totaal 1.695.167 1.787.143 4.169.751 [4.380.619 Opgaven niet beschikbaar.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1940 | | pagina 11