6050
evenals de boerenleenbanken, ter verzekering van de
vrijheid van den boer, al is het dan op ander terrein.
Wanneer de Centrale der boerenleenbanken be-
heerscht was geworden door het streven doel in zich
zelf te worden, zou een verlies van vrijheid der banken
en van de aangeslotenen daarvan het gevolg zijn ge
weest, met het resultaat, dat ze in levenskracht zouden
hebben ingeboet, dat het verantwoordelijkheidsbesef
der plaatselijke instellingen zou zijn verschrompeld en
de schoone gedachte van: allen voor één en één voor
allen, zou zijn uitgehold.
Gelukkig is de geschiedenis daar om te bewijzen, dat
de Centrale steeds een dienende functie vervuld heeft
door het oefenen van controle, het opvoeden tot een
richtig beheer, het geven van leiding tot steeds beter
begrepen zelfstandigheid."
Het is nauwelijks een half jaar geleden dat Minister
Steenberghe de zooeven aangehaalde woorden sprak,
doch het aspect van het agrarische bedrijfsleven onder
ging sindsdien door de ingetreden oorlogsomstandig
heden een belangrijke wijziging. In versterkte mate rust
thans op de land- en tuinbouwende bevolking van ons
land de plicht de voedselvoorziening voor mensch en
dier op ruime en doeltreffende wijze te helpen bevor
deren.
Het spreekt vanzelf, dat ook in dit nieuwe tijdperk
het georganiseerde landbouwcrediet een belangrijke
taak is opgelegd. Welnu, onze geheele credietorganisa-
tie is gereed en in staat om in het betalings- en crediet-
verkeer ten plattelande ook onder de gewijzigde om
standigheden haar taak te vervullen: n.l. den agrarischen
producent en zijn economische instellingen bij de ver
vulling van hun nationalen plicht terzijde te staan. Ook
in deze nieuwe phase der geschiedenis zal het boeren
leenbankwezen onder Gods zegen met aan voortva
rendheid gepaard gaande voorzichtigheid zijn groot
werk in de Nederlandsche volkshuishouding verrichten.