5087 die in verdere opbouw van zijn karakteristieke stands beschaving het geëigende doel vindt, dat mag haar met trots vervullen. Eenvoudig was deze arbeid zeker niet en zonder de geestdrift en de daadkracht van de voorgangers, die voor veertig jaren door de oprichting van de Coöpera tieve Centrale de tot dan geïsoleerde eerste pogingen, om den boer financieel onafhankelijk te maken, samen bundelden en door eenheid en samenwerking waarlijk vruchtbaar wisten te maken, waren de groote moeilijk heden, die zich opdeden, zeker niet overwonnen. Het is begrijpelijk, dat het Gedenkboek, waarop wij hier de algemeene aandacht gaarne vestigen, niet nalaat dank te brengen aan die werkers der eerste ure, die dien dank ten volle verdienen. Maar het belangrijkste schijnt ons toe, de bevestiging, die de afgeloopen veertig jaren, welke het Gedenkboek beschrijft, geven van het dichterwoord: „Ziet, wat in eigen krachten is!" Dat moge op elk levensterrein een prikkel worden voor iedere hand om te doen wat iedere hand te doen vindt; een betere les kunnen wij ons juist in dezen tijd niet wenschen! In De Maasbode van 3 en 4 Juni 1939 verschenen twee artikelen van haar bekenden medewerker Mr. A. J. van Dal, waarin de Centrale Bank en hare organisatie wor den besproken. Aan deze zeer lezenswaardige artikelen ontleenen wij het volgende: Ergens in een dorp, misschien onder de schaduw van een paar oude lindeboomen, misschien ingerijd in de smalle hoofdstraat, misschien een beetje achteraf gezet aan een landweg, staat een huis. Het is een eenvoudig, laag huis, soms staat het achter een groengeschilderd hekje en soms vlak aan de keien, soms zijn er blauwe horretjes achter de ruiten en roode geraniums, soms wit te gordijntjes en een gekleurd beeldje uit den dorpsbazar Het is niet nauwkeurig aan te geven, hoe het eruit ziet, want er staan ruim dertienhonderd van zulke huizen in

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1939 | | pagina 59