5006
Seizoenschommelingen in het Credietbedrijf der
Boerenleenbanken.
In het Economisch-Statistisch Maandbericht van
31 Maart 1939 komt een belangrijk artikel voor over de
seizoenschommelingen bij de Centrale Boerenleenban
ken.
Wij ontleenen hieraan het volgende:
Een van de belangrijkste functies van de Centrale
instellingen in het Boerenleenbankwezen is het over
hevelen van de overschotten bij een bepaalde groep
van boerenleenbanken naar die locale banken, welke
meer credieten verleenen dan zij aan deposito's uit den
eigen kring van spaarders ontvangen en zorg te dragen
voor een rendabele, maar tevens liquide belegging van
de surplusbedragen. Uit dien hoofde moeten de Cen
trales een zoodanige liquiditeit handhaven, dat zij
steeds in staat zijn aan groote veranderingen weer
stand te bieden. Deze veranderingen in de z.g. surplus
bedragen (de overschotten van de besparingen boven
de uitgeleende bedragen van de gezamenlijke locale
banken) kunnen het gevolg zijn, eenerzijds van sei-
zoens-, anderzijds van conjunctureele invloeden.
Het is bekend, dat de uitgaven en inkomsten in den
Landbouw sterk onderhevig zijn aan seizoensinvloe-
den. De boerenleenbanken zijn door haar functie van
credietorganisatie en spaarinstelling zoo samengewe-
ven met den Landbouw, dat de seizoensschommelin
gen in haar credietbedrijf de aandacht vragen.
De Centrales zullen als verzamelbekken van de aan
gesloten banken de maandelijksche veranderingen in
de credietbehoeften weerspiegelen. Immers, de depo
sito's van de Centrales zijn voor het grootste deel af
komstig van die locale banken, welke overtollige mid
delen bezitten, terwijl haar voorschotten bijna geheel
verstrekt zijn aan locale banken, die behoefte hebben
Conjunctuurbericht van het Nederl. Economisch Instituut.
