4000 „niets ontbreken...., terwijl gij Uw geld ook rustig „op de spaarbank kunt laten". Wij mogen aannemen, dat Minister Colijn onder „spaarbanken" weliswaar de spaarinstellingen in het algemeen heeft verstaan, waaronder ook de Boeren leenbanken zijn te rangschikken, doch meer in het bij zonder zal zijne Excellentie het oog hebben gehad op de spaarbanken in de steden. Maar dan doet het ons genoegen te kunnen constateeren, dat onze aangeslo ten Boerenleenbanken een schitterende stabiliteit heb ben vertoond in deze moeilijke dagen, want het moet gezegd zijn: er is slechts weinig door inleggers opge vraagd. Deze rustige houding der landelijke bevolking heeft weer eens opnieuw bewezen, op welk een hechte basis onze Boerenleenbanken zijn opgebouwd. Er is weer eens temeer gebleken, welk een overwicht ten goede onze plaatselijke beheerders en kassiers op de leden en inleggers kunnen uitoefenen. Vooral aan de kassiers, die doorloopend met het sparend en inleggend publiek in aanraking zijn, komt een woord van hulde toe voor de kalme vastberadenheid, waarmede zij zijn opgetreden, wanneer een of andere angstige spaarder raad kwam vragen. Daarnaast moet het voor de beheerders en kassiers der aangesloten Boerenleenbanken een groote gerust heid zijn geweest, dat boven en achter hun plaatselijke banken een sterke en waakzame Centrale Bank staat, welker taak het is juist in moeilijke tijden de noodige paraatheid te toonen. En Uw Centrale Bank was pa raat evenals Uw Landsregeering paraat was! De Cen trale Bank verheugt zich gelukkig in een zoodanige soliditeit en likwiditeit, dat zij ook onder dreigende oorlogs- en mobilisatieomstandigheden van voldoende zelfvertrouwen kan blijk geven. De angstige dagen van oorlogsdreiging hebben er zonder twijfel toe bijgedragen den band tusschen de plaatselijke Boerenleenbanken en de Centrale Bank te versterken; zij hebben de Centrale Bank de proef op

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1938 | | pagina 12