3825
b. Ingaande 1 Januari 1938 wordt de rente voor de
posito met 6 maanden opzegging verlaagd van
3% op 2%°/o. Voor thans reeds bij onze Centrale
Bank bestaande deposito's wordt de oude rente
vergoed tot 30 Juni 1938.
c. Ingaande 1 Januari 1938 wordt de rente voor depo
sito met 12 maanden opzegging verlaagd van 33A,%
op 3%. Voor thans reeds bij onze Centrale Bank
bestaande deposito's wordt de oude rente vergoed
tot 31 December 1938.
De Debetrente voor Boerenleenbanken-Debiteuren
blijft \'oorshands ongewijzigd op 3A% gehandhaafd.
Dit nieuwe rentetarief voor onze plaatselijke Boeren
leenbanken is nog zeer gunstig te noemen in vergelij
king met de rente elders, zoodat het niet onmogelijk
is, dat ondanks onze renteverlaging de toevloed van
ongedurige spaargelden nog zeer sterk blijft met de
bovenbedoelde daaraan voor onze organisatie als ge
heel verbonden nadeelen. Vandaar dat wij het na rijp
beraad hebben noodig geaeht de bedragen, welke onze
aangesloten Boerenleenbanken tegen de genoemde ren
ten bij onze Centrale Bank kunnen inleggen, voorloo-
pig aan eene beperking te onderwerpen, m.a.w. te con
tingenteeren.
Voorloopig kan elke aangesloten Boerenleenbank
aanspraak maken op rentevergoeding volgens de bo
ven onder a, b en c gemelde rentetarieven tot ten
hoogste de bedragen, welke op 31 December a.s. resp.
als direct opvorderbaar geld, als deposito met 6 en als
deposito met 12 maanden opzegging bij de Centrale
Bank zijn ingelegd. Deze bedragen, welke door de
Boerenleenbanken op 31 December 1937 bij de Cen
trale Bank zijn ingelegd en waarover dus de onder
a, b en c gemelde rentetarieven zullen worden vergoed,
noemen wij in het vervolg gemakshalve de „contin
genten".
Eene Boerenleenbank kan dus ten hoogste 3 contin
genten hebben, n.1. èèn contingent voor direct opvor-
