Welke eischen moeten we nu stellen aan een goed bestuurslid? Wij zouden er drie willen noemen: le. Ze moeten liefde hebben voor hun stand en hun organisatie. Onverschilligen kunnen we vooral in de zen tijd best missen. Ze moeten dus willen werken voor hun bond. Daar kan centraal wel leiding gegeven worden en voldoende hulp ter beschikking worden ge steld: er wordt niets bereikt als het plaatselijk bestuur niet van harte mee wil werken. En de goede wil is er niet, zoo de liefde er niet is. 2e. Ze moeten bekwaam zijn voor hun taak. Een bestuurslidmaatschap vraagt niet zooveel geleerdheid, maar toch voldoende grond en inzicht in hun werk; in het werk van Bond, afdeelingen en instellingen. Die te dom zouden zijn om dat te begrijpen, hooren niet thuis als de vertrouwensmannen uwer afdeelingen. Dit des te meer omdat uit de besturen de voorzitters, uit de voorzitters wederom de kringbesturen en uit de kringvoorzitters het Bondsbestuur zich opbouwt. Stelt gij, leden, dus zoo uw bestuur samen, dat ge leden kiest, die willen en die kunnen werken in het al gemeen belang. Want en dat is de derde eisch: 3e. Ze moeten het algemeen belang zoeken en niet zichzelf. Dit volgt wel zoowat uit den eersten eisch: wie zijn stand en organisatie liefheeft weet persoon lijke en kleine dingen achter te stellen er desnoods een offertje van te maken, als het algemeen boerenbe- lang dat vraagt. Toch wijzen we hier nogeens met na druk op: men ziet nog weieens dat familiebelangen of persoonlijke veeten worden uitgevochten op den rug van den boerenbond. Dat teekent, dat de menschen niet ruim genoeg zien. Een goed lid een goed be stuurslid vooral zal niet vragen: hoe kan ik er het meest van profiteeren of hoe kan ik de Bond in dienst stellen van mijn eigen belang of dat mijner familie of vriendjes hij zal die maatregelen treffen, die het algemeen belang der leden bevorderen. Wij vertrouwen dat onze leden bij het aanwijzen der Besturen dit voor oogen houden en we hopen dat de 3612

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1936 | | pagina 12