vrijwel gelijkgebleven, hetgeen zijn oorzaak vindt in het bijschrijven van rente. Bij de R. P. S., waar reeds in 1934 de terugbetalingen 2.7 millioen hooger dan de inlagen waren, is dit overschot in 1935 tot 13.4 millioen vermeerderd. Het in 1934 nog bestaande saldo der inlagen boven de terug betalingen van 5.0 millioen bij de bijzondere spaar banken, is in het daarop volgende jaar veranderd in een saldo groot 16.1 millioen van de terugbetalingen. STATISTIEK. Saldo te goed op het einde van: Wenken bij het kiezen van leden van Bestuur en van Raad van Toezicht. Bij gelegenheid van eene periodieke aftreding van de bestuursleden van den L. L. T. B. bevatte het orgaan Land en Vee een artikel over de keuze van bestuurs leden en de hier gegeven wenken achten wij eveneens van hoog belang bij de keuze van leden van Bestuur en van Raad van Toezicht onzer Boerenleenbanken, waar we dit hier laten volgen. Voor de goede werking van onze organisaties is het van hoog belang, dat we goede besturen hebben. 3611 Jaar bij de Rijks postspaarbank bij bijzondere spaarbanken bij de Boeren leenbanken Totaal 1900 84 000.000 79 000.000 211.000 163.211.000 1910 164.000.000 1 10 000 000 30.000 000 304.000.000 1970 272 000.000 216 000 Oi'O 228.000.000 716 000 000 1930 375 000.000 429.000.000 480.000.000 1.284.000.000 1931 439.000.000 449.000 000 457.000.000 1 345 000.000 1932 511.000,000 446 OOO.OUO 421.000.000 1.378.000.000 1933 528.000.000 465.000.0110 418000.000 1.41 1.000.000 1934 539.000.000 484 000.000 426.000.000 1.449.000.000 1935 540.000.000 484.000.000 (i) (i) Wijl de cijfers aan het Bureau van de Statistiek eerst worden medegedeeld, als de balansen der Boerenleenbanken door de Centrale Banken zijn nagezien, zijn deze cijfers later bekend dan die der andere spaarbanken.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1936 | | pagina 11