boven bedoelde minimum aflossing op de 1ste hypo
theek. (Dus alleen op de 1ste).
Is hieraan niet voldaan dan kan de hypothecaire
schuldenaar géén beroep doen op deze wet.
Vervolgens moet die schuldenaar in zooverre slacht
offer zijn van de huidige tijdsomstandigheden, dat het
hem door de tijdsomstandigheden onmogelijk gewor
den is méér dan het wettelijk minimum af te lossen.
Een slechte debiteur, die niet eens zijn rente bijhoudt,
heeft dus niets aan deze wet en voor wat betreft
de periodieke aflossingen evenmin de prima debi
teur, die in staat is die overeengekomen aflossingen
op te brengen.
Crediethypotheken.
Op crediethypotheken is de wet niet van toepassing.
Hypotheken voor een crediet in loopende rekening, of
in 't algemeen wanneer de hypotheekstelling gedaan
werd „tot meerdere zekerheid voor de betaling van al
hetgeen de credietnemer schuldig is of schuldig zal
worden", vallen er dus buiten.
Nieuwe hypotheekschulden.
Deze wet regelt alleen de gevallen ontstaan vóór
9 Februari 1936. Voor schulden of schuldvernieuwingen
aangegaan of aan te gaan na dezen datum geldt deze
wet niet.
Werking der Wet.
De hypothecaire schuldenaar, die met executie wordt
bedreigd, hetzij omdat hij van de periodieke aflossingen
slechts het voornoemde wettelijk minimum heeft opge
bracht, hetzij omdat de duur der leening is verstreken,
of ook wanneer zijn borg om die reden wordt aan
gesproken, kan zich tot den kantonrechter wenden
met het verzoek hem uitstel te verleenen voor het
aflossen der opgezegde hoofdsom en de bedongen
periodieke aflossingen te verminderen tot 1% per jaar
3475