3384 Gelukkig zijn er dit zeer weinigen en het bedrag is relatief gering; de totale verliezen bedroegen op 31 De> cember 1933 154.559.verdeeld over 47 Boerenleen banken. De beteekenis van den Landbouw in het economisch leven van Nederland. Aanstonds toen de Nederlandsche Regeering zich door den zwaren nood van den landbouw gedwongen achtte dezen tak van volksbestaan met bijzondere maat regelen te ondersteunen, kwamen enkele groepen hier tegen in verzet met de opwerping, dat de beteekenis van de bodemcultuur in de economie van ons land niet zóó groot was, dat zij dergelijke maatregelen kon recht vaardigen. Het oude historische vooroordeel, dat Hol- landsch glorie nergens anders hoort te liggen dan in zijn handel en in zijn koloniën verbond zich met 't sinds 't laatste kwart der vorige eeuw gegroeide geloof in de alleenzaligmakende alleen welvaart brengende kracht der industrieele productie en de landbouw moest de dupe worden. Niet allen gingen in hun cynisme zóó ver als de Rot- terdamsche Kamer van Koophandel, die den raad durf de geven het graan maar met haar schepen en via haar havens uit Argentinië te halen, waar het goedkoop was, en ons eigen land maar braak te laten liggen zoolang onze boeren niet in staat zouden zijn tegen eenzelfden lagen prijs te verbouwen. Maar toch velen, ook onder hen die niet a tort et a travers de belangen van het industrie-proletariaat moes ten behartigen, deelden en deelen nog de opinie van den socialist Matthijsen dat „honderd jaar geleden de land bouw wel den grondslag van het economisch leven in Nederland vormde", doch dat sindsdien heel wat is ver anderd, dat de landbouwende bevolking, verre van nog de meerderheid van ons volk uit te maken, bij de be roepstelling van 1920 nog geen kwart en bij die van 1930

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1935 | | pagina 8