3314 De heer Th. Verheggen spreekt als volgt: De heer Verheggen (Voorzitter Ned. Kath. Boeren- en 1 uindersbond): Mijnheer de Voorzitter! Geachte Vergadering! Wanneer ik het voorrecht heb gehad om deze vergadering van de Centrale Boerenleenbank bij te wonen, dan meen ik ook verplicht te zijn, om een kort woord tot de vergadering te richten. In de eerste plaats, en ik meen dit ook te mogen doen in naam van mijn medebestuurders hier aanwezig, den Voorzitter dank te mogen zeggen voor de welkomstwoorden, welke hij straks tot ons heeft gericht. De besturen van onze landbouworganisaties stellen natuurlijk in deze moeilijke tijden het grootste belang in de welvaart en de organisatie van het credietwezen in ons vaderland. In het buitenland beleeft men op het oogenblik op dit gebied groote moeilijkheden en wij mogen de Besturen van de Centrale Boerenleenbank en de Boeren-Hypotheekbank dankbaar zijn, dat deze in stellingen het afgeloopen jaar slag hebben geleverd met zoo gunstig verloop. Wanneer het crediet gezond is, is dat al een groote steun in de moeilijkheden, waarin de land- en tuinbouw op het oogenblik verkeeren. De heer Fleskens heeft zooeven een agrarische rede gehouden, die zeer uitgebreid was en hij heeft verschil lende punten naar voren gebracht, die ik met de grootste belangstelling heb aangehoord en gevolgd. Ik breng den heer Fleskens voor die rede dank! maar U zult begrij pen, dat. waar ik als Voorzitter van den Nederlandschen Katholieken Boeren- en Tuindersbond geroepen ben om in het Bestuur de verschillende moeilijkheden, die de land- en tuinbouw op het oogenblik doormaakt, te be spreken, ik over de onderdeden van die rede geen oor deel wil uitspreken. Wij zullen natuurlijk kennis nemen van hetgeen de heer Fleskens op zoo uitstekende wijze naar voren heeft gebracht. Wij zullen natuurlijk over wegen wat daaruit is op te diepen in het belang van den land- en tuinbouw, zooals wij dat zien. De heer Fleskens heeft er op gewezen eenerzijds. dat wij bij verschillende gelegenheden bij de hooge Regee-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1935 | | pagina 26