3237
hoede autoriteiten en eenvoudige boerenafgevaardig-
den met den zwarten hoogzijde op, verdrongen zich
rond het sterfhuis.
Het stoffelijk overschot van den beminden Directeur
der C. C. B. lag opgebaard in de als chapelle ardente
ingerichte voorkamer van „Wevershof", waar nu geen
lentestemmen der jeugd weerklonken, maar stilte en
diepe droefheid heerschte. Zeer velen maakten nog van
de gelegenheid gebruik een laatsten groet te brengen
aan het stoffelijk overschot en teekenden hun namen
in het rouwregister.
Onder statig klokgelui stelde de enorme lijkstoet zich
op, nadat de damesrouw in gesloten rijtuigen zich reeds
naar de Sint Antoniuskerk had begeven. Een 15-tal
kransen, gedragen door dames en heeren, personeel der
C. C. B., ging den stoet vooraf. Er waren bloemen en
kransen van paarse seringen, witte en zwarte bloemen,
aronskelken en leliën, kransen met linten waarop de
namen van den Kath. Ned. Tuindersbond. Bestuur der
EI.A.V. Bank, Directie en Personeel van de Centrale
Raiffeisenbank, Directie en personeel van de Coöp.
Centrale Boerenleenbank, Algem. Tuindersbond, St.
Yincentiusvereeniging, van de familie, enz.
Als baar- en slippendragers fungeerden de oudere
beambten der C. C. B.
Dan kwamen direct vóór den doodenwagen de be-
stuurderen der C. C. B., te weten kamerlid A. N. Fles-
kens, Mr. P. Truyen, L. baron van Voorst tot Voorst,
Th. Rutten, met den mede-directeur der C. C. B., Dr.
G. W. M. Huysrnans en de geestelijke adviseur, de
hoogeerw. kanunnik Th. v. d. Marck.
Achter den lijkwagen schreed allereerst de familie,
w.o. wij opmerkten Dr. E. Dubois uit Venlo en Mr. J.
Dubois, substituut-officier van Justitie te Vught. Ver
volgens het college van kerkmeesters van de St. Anto-
nius-parochie.
Dan volgden in den stoet de commissarissen der
Boerenhvpotheekbank, de leden van den Raad van Toe
zicht van de C. C. B., onder wie Mr. Aquarius; verte
genwoordigers van den Katholieken Ned. Boerenbond