3206 Het standpunt van den Katholieken Nederland- schen Boeren- en Tuindersbond inzake de Hypotheekkwestie in den Land- en Tuinbouw» Het Hoofdbestuur van den Katholieken Nederland- schen Boeren- en Tuindersbond heeft in zijn vergadering van 14 Januari 1935 aan de hand van een door een bijzondere commissie uit zijn midden uitgebracht rap port een uitvoerige bespreking gewijd aan de hypo theekkwestie in den land- en tuinbouw. Het heeft zijn standpunt hieromtrent neergelegd in het navolgende. De moeilijkhedenaard en omvang. Gegevens omtrent den feitelijken omvang van de moeilijkheden, welke de boeren en tuinders inzake hy potheken in dezen tijd ondervinden, zijn niet bekend. Met name geldt dit voor de openlijke en „stille" execu ties, welke als gevolg van deze moeilijkheden reeds plaats hebben gehad en nog voor de deur staan. Ook het bestuur beschikt niet over cijfers en heeft daarom een oogenblik gedacht aan het instellen van een onder zoek (enquête) teneinde de beschikking over feitelijke gegevens te verkrijgen. Het heeft dit denkbeeld echter laten vallen, vooral om twee redenen: 1. de uiterst geringe kans op behoorlijke resultaten van een dergelijke onderzoek, aangezien het bestuur de noodige bevoegdheden mist, om zich de medewerking van personen (als notarissen, rechterlijke colleges enz.) die bij een dergelijke enquête zouden moeten worden betrokken, te verzekeren en 2. de lange tijd, die zulk een enquête zou vereischen, terwijl de nood zoo dringt. Het Bestuur zelf heeft, tot vestiging zijner eigen over tuiging, ook geen enquête noodig, daar zijn leden vol doende bekend zijn met wat er op het platteland om gaat, om te weten, dat de moeilijkheden talrijk zijn en straks, als de conjunctuur zou verbeteren en de waarde der hypothecaire onderpanden tengevolge hiervan

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1935 | | pagina 13