3177 schuld. Voelt men nu niet, welke ernstige gevolgen door een Overheidsdaad van die strekking in het leven wordt geroepen. En wat moet de Overheid nu antwoorden, wanneer men een zoodanigen maatregel genomen heeft en de dag daarna de gedupeerde of de talrijke gedu peerden zich aanmelden bij den Minister en hem zeg gen: dat is het resultaat van den maatregel, dien gij genomen hebt, wat doet gij nu voor mij? Men heeft in het debat verwezen naar Denemarken en naar België, waar men dit vraagstuk zou hebben op gelost. Indien de Regeering juist is ingelicht, is er in Dene marken alleen nog maar een wetsvoorstel dat ongeveer negen millioen gulden kosten zal. Dat bedrag van negen millioen gulden moet worden gevonden door een rente vermindering van de deposito's bij de banken; dat moet worden gevonden door een heffing op de melk en door een belasting op aandeelen, welke laatste belasting dan van die negen millioen gulden ongeveer twee millioen moet opbrengen. In België komt het voorstel neer op een surseance van betaling voor hypotheekschulden en dat werkt nog zeer onvoldoende, omdat wel executie wegens andere schulden mogelijk blijft. Wil dit alles, wil deze critiek, die ik uitoefen op de in deze richting geuite wenschen, nu zeggen, dat de Re geering elk denkbeeld om hier, wanneer het mogelijk is, eenige hulp te bieden, bot afwijst? Neen, Mijnheer de Voorzitter, dat wil het niet zeggen, want de zaak is bij de Regeering in overweging. Maar het onderwerp is buitengewoon moeilijk, en men doet goed. er geen al te hooge verwachtingen van te koesteren. Ook bij de hypotheekschulden zal ten slotte de crediteur op zijn vorderingen moeten afschrijven, evengoed als de aan deelhouder heeft moeten afschrijven op de waarde van zijn aandeel, evengoed als de bezitter van onroerende goederen dat pijnlijk proces heeft moeten doormaken.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1934 | | pagina 9