3157
V. Inzagebevoegdheid van den fiscus.
Zooals bekend, heeft de ambtenaar van den fiscus de
bevoegdheid de aangifte te controleeren. De belasting
plichtige is gehouden inzage te verleenen van boeken en
bescheiden, voor zoover die noodig zijn tot staving van
de aangifte. Echter mag de fiscus, zooals de Minister
nog uitdrukkelijk op de vraag van den heer Fleskens
heeft verklaard, geen gebruik maken van de verkregen
gegevens om daarmede controle uit te oefenen op de
belastingaangifte van derden.
De Minister van Financiën antwoordde n.1. aan den
heer Fleskens: „wat de geheimhouding betreft, kan ik
„den heer Fleskens de verzekering geven, dat hier het
zelfde systeem zal worden toegepast als ten aanzien
„van de dividend- en tantièmebelasting en de inkom
sten- en vermogensbelasting, zoodat de heer Fleskens
„voor een aangelegenheid die hem bijzonder ter harte
„gaat, met name voor de Coöperatieve Boerenleenban
ken, wat betreft het bankgeheim, in geen geval be-
„vreesd behoeft te zijn Wij meenen te mogen verwach
ten, dat er weinig gebruik zal worden gemaakt van het
recht tot het nemen van inzage, vooral wanneer een
afschrift der mede door den Inspectiedienst der Cen
trale Bank geteekende balans der plaatselijke Bank aan
den fiscus is overgelegd.
Voor geval er bezwaren tegen een eventueel opge-
legden aanslag mochten bestaan, kan daartegen bij den
Raad van Beroep voor de directe belastingen worden
opgekomen en wel binnen 2 maanden na de dagteeke-
ning van het aanslagbiljet. In voorkomende gevallen men vergete
zullen onze Banken goed doen zich met de Centrale inniethetbiau.
verbinding te stellen, die ook met betrekking tot debjj hgt aan
invulling der aangifte-biljetten steeds gaarne met raad giftebiljet ii
en daad allen gewenschten bijstand zal verleenen. Voor te sluiten,
den eersten keer, dat de aangifte moet geschieden, advi-
seeren wij onze banken, het aangiftebiljet met de over
te leggen balans niet aan belastingambtenaren in te
zenden, voordat zij aan de Centrale Bank zijn ingezon
den en door haar goedgekeurd.