2906 debiteur als hij niet op de vrije markt een nieuwe hy potheek kan krijgen daaraan wordt geholpen door de Riiksvoorschotbank. Natuurlijk mag daarbij niet de gedachte voorzitten, dat de Rijksvoorschotbank de panacee zal worden, waarbij alle dubieuze posten kunnen woi^en onderge bracht. Dat zou heelemaal foutief zijn. De Rijksvoor schotbank moet zijn een soort likwiditeitsmstituut, dat in het algemeen belang storingen in het betalingsver keer helpt voorkomen. Er zou wel eens een groot aan tal crediteuren kunnen zijn, die op een bepaald oogen- blik hun vorderingen mobiel zouden willen maken. Dat mag echter niet geschieden ten koste van de vernieti ging van den debiteur. Als de Rijksvoorschotbank zich dat ten doel stelt, kan het mogelijk zijn heel wat moeilijkheden te ver mijden en op te lossen met behoud van den boer op zijn bedrijf. Het spreekt vanzelf, dat de crediteur lang niet in alle gevallen, zijn geld kan krijgen. Men moet zich den gang van zaken zóó voorstellen, dat de Rijksvoorschotbank alleen voorschotten geeft, die volledig gedekt zijn en wel een zeker percentage - een hoog percentage van de waarde, die de vordering op het oogenbhk heeft. En dan zóó, dat de crediteur ook niet meer geld m handen krijgt dan de Rijksvoorschotbank kan beschikbaar stel len en overigens met de bepaling erbij, dat de crediteur niet den volgenden dag voor het restant bedrag kan exe- cuteeren. Voor het deel dat afbetaald is, treedt de Rijks voorschotbank in de plaats van den hypotheekhouder en straks als er een periode van evenwicht zal zijn gekomen, zal worden nagegaan wat met de „staartvor- dering" zal moeten worden gedaan. Het spreekt vanzelf dat een dergelijke Rijksvoorschot bank heel nuttig werk kan doen, zelfs, wanneer daar naast geen enkele andere maatregel wordt genomen. Nuttiger werk nog, als daarnaast komt, niet een verbod van executie maar een mogelijkheid door de rechterlijke macht te laten uitmaken of in een bepaald geval een

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1933 | | pagina 8