2920
ultimo 1932, aan eerste hypotheken op landerijen bezit
ten op zeker 150 millioen. Vier groote levensverzekering
maatschappijen hadden samen een hypotheek-porte
feuille van ruim 143 millioen, waarvan ruim 61 millioen
op landelijke eigendommen.
Die hypothecaire beleggingen op landerijen zijn zeker
niet gekozen om hooge rente te maken. Integendeel, de
rente van dergelijke hypotheken is gewoonlijk belangrijk
lager dan bij andere beleggingen. De gemiddelde rente
van alle beleggingen was voor de Nationale in 1932
5.10%, die voor landelijke hypotheken gewoonlijk 414 a
4Vi%. Die soort beleggingen zijn gekozen, omdat instel
lingen als de genoemde in de allereerste plaats hebben
te letten op prima, solide beleggingen, omdat zij behee-
ren de gelden van hen, die voor anderen zorgen; die
voor hun ouden dag zorgen en de gelden der „klevne
luyden", de spaarders. Eveneens zijn om dezelfde reden:
„lagere rente, maar hoogere soliditeit" de gelden van
minderjarigen en onder curateele gestelden, van wedu
wen en weezen belegd in eerste hypotheken op land.
Worden nu de rechten der eerste hypothecaire credi
teuren verkort, dan brengt men groote schade toe aan
spaarders, verzorgers, weduwen en weezen. Maar ook
aan de landbouwers! Want dan zullen eerste hypothe
ken op land niet meer als veilige belegging gelden, met
als gevolg, voortaan hoogere rente, zwaarder voorwaar
den en gebrek aan beschikbaar geld.
Wat aangaat het prae-advies van Mr. Dubois, merkt
spr. op, dat deze terecht in geenen deele de exe
cuties eenvoudig wil stop zetten. Hij erkent, dat bij niet
betaling der rente, het recht zijn vrijen loop moet heb
ben. Maar toch, ook hij tornt aan de rechten der eerste
hypothecaire crediteuren, en wil die. zij het op veel be
scheidener wijze, besnoeien. Daartegen heeft spr. ern
stige bezwaren: èn om de schade voor spaarders, verzor
gers, weduwen en weezen, èn om de verzwaring voor
het hypothecair crediet in de toekomst, èn omdat de
eerste hypotheken de moeilijkheden niet brengen; het
zijn in den regel andere schulden, die dit doen.
In dit verband heeft spr. zich de vraag gesteld, of de